verkocht aan A.H. van Bergen te Heiligerlee voor de somma van f980,—; bij deze leverancier werd dan een uurwerk van f 650,— gekocht. De resterende f 330,— werden besteed aan een zuigpomp of z.g. aanjager voor de gemeentelijke brandweer. In het archief vinden we tevens een beschrijving van de klok terug. De middellijn bedroeg 127 cm met een hoogte van 104 cm. Over het gewicht was men het niet eens. Volgens een oude rekening in het archief (kerkelijk?) was het gewicht 2000 kg. De nieuwe koper was van menig dat het omstreeks 1200 kg. moest zijn. Het opschrift luidde: SALVATOR ES MYN NAEM GOED GELUIT ES MYN BEQUAM FRANCOIS F IE F VET HEEFT MY GHEGOTEN RESIDERENDE tANTWERPEN-BAERLANT ANNO 1650. Verder geeft onze onbekende rapporteur een tweetal schetsjes van familiewapens, die ook op de klok voorkwamen. Dit zijn de wapens van de gulle gevers. Het ene wapen behoorde toe aan de familie Van Baerlant-Van Dirksland, voor stellende: in goud drie zwarte golvende dwarsbal ken vergezeld van drie arendsbenen. Het andere wapen is, ook door het centraal bureau voor geneologie te 's Gravenhage, niet te identificeren. Nadat het gemeentebestuur in 1945 bericht had gehad, dat niet meer te rekenen viel op de te rugkeer van hun klok kwam er een aanbod van het naburige Ellewoutsdijk, dat zo fortuinlijk was de eigen klok wel terug te krijgen, maar zich geconfronteerd zag met een in puin gescho ten toren, hun klok in bruikleen af te staan en op te hangen in de Baarlandse toren. In eerste instantie werd dit aanbod geaksepteerd, doch toen de klok aankwam, bleek dat hij was gebars ten. Dit vooral veroorzaakte nog enige wrijving, naar aanleiding van de vraag wiens schuld het was en wie de kosten van reparatie en vervoer diende te betalen. Gelukkig werd alles in der minne geschikt en ging Baarland over tot de aanschaf van een nieuwe klok bij de Fa. Petit en Fritsen te Aarle-Rixtel voor een bedrag van f 2909,25. De nieuwe klok heeft een gewicht van 530 kg., een middellijn van 92,7 cm en is dus iets groter dan het vorige exemplaar. Het op schrift op de klok werd bedacht door de heer L.A. Traas en luidt als volgt: 1943 DOOR DUITSE TYRANIE ONTVOERD WERD d'OUDE KLOK DE MOND GESNOERD MIJN STEMME ZING' EEN EEUWIG LIED VAN VREED' EN VRIJHEID ANDERS NIET 1949 Borssele. (9) Ook het gemeentebestuur van Borssele kreeg haar klok nooit meer te zien. Slechts een foto in het gemeentearchief, waarop ze gereed staat voor vervoer naar het Goese haventerrein, rest nog. In vergelijking met de andere klokken uit het geinventariseerde gebied, was dit een vrij klein klokje van 56,5 kg., met een hoogte van 49 cm. en een middellijn van 45 cm. Dit kon ook niet anders, omdat men in het pas in 1849 gebouwde kerkje de klok hing, die voordien zijn plaats had gevonden in het voormalige polderhuis, dat lange tijd als kerkgebouw dienst had gedaan. De klok werd gegoten door Cyprianus Crans in 1735 te Amsterdam, hetgeen blijkt uit het na volgende randschrift. ME FECIT C CRANS AMSTELODAMI ANNO 1735. Boven en onder het randschrift bevond zich een geornamenteerde rand. 14

Tijdschriftenbank Zeeland

Historisch Jaarboek Zuid- en Noord-Beveland | 1979 | | pagina 16