van alles losgemaakt om de verlossing aan te nemen en om in den weg,
die de Heere voor ons opende, alles te verlaten en naar Noord-Amerika
op te trekken".
Men besloot zowel te Goes als te Borssele de oceaanreis als georgani
seerde christelijke gemeente te maken. Jannis van de Luijster en Jo
hannes Hoogesteegerschilder te Goes, werden tot ouderlingen, Jan
Steketee, schipper te Baarland, (dus niet de gelijknamige aannemer te
Borssele) en Adriaan Glerum tot diaken gekozen, terwijl ds.van der
Meulen "met beslistheid en volle vrijmoedigheid" het beroep als predi
kant van de landverhuizersgemeente aannam.
Ongeveer 450 Zeeuwen vertrokken in drie schepen. Jan Steketee van
Baarland en Van de Luijster hadden ieder de leiding over een schip dat
vanuit Antwerpen vertrok, terwijl ds.Van der Meulen Rotterdam als
plaats van afvaart gekozen had. We kunnen ons zo voorstellen dat er,
toen beide eerstgenoemde schepen langs Baarland en Borsele voeren
èn van de schepen èn van de dijk heel wat tranen gevloeid zullen zijn.
Graag zouden we u meer vertellen over de verdere lotgevallen van van
de Luijster en zijn metgezellen, doch plaatsgebrek verhindert ons dit.
We hebben reeds verteld dat de rijke boer de overtocht van 77 personen
bekostigd heeft. Of deze allen uit de burgerlijke gemeente afkomstig wa
ren, durven we niet beweren. De gemeentesecretaris is zo vriendelijk
geweest uit de burgerlijke stand te laten opdiepen welke personen ver
trokken zijn. Behalve het gezin Van de Luijster, toen zes zielen tellend,
werd aan de reis deelgenomen door Cornelis Boonman, arbeider (3),
Gillis Dok, arbeider (8), Jan van Eenenaam, molenaarsknecht (1),
Christiaan den Herder, arbeider (6), Johannes Jonkheer, arbeider (8),
Izaak Naaije, bakker (14), diens knecht waarvan ons de naam niet ge
noemd wordt (1)Jan Rade maker, schoenmakersknecht (1)Jacob Ste
ketee, arbeider (2), diens schoonvader (1), Marinus Verburg, kleer
maker (4) en weduwe Maria Walhout, arbeidster (8). Totaal 63 zielen.
Voor Borssele was hiermee de exodus evenwel nog niet afgelopen.
Blijkbaar hebben enkelen eerst de kat uit de boom willen kijken en pas
nadat ze uit Amerika niet al te ongunstige berichten gekregen hadden
hun besluit genomen.
Het volgend jaar vertrokken Jan Steketee, aannemer (11) en Cornelis
Steketee, arbeider (1), terwijl Jan Smallegange, koopman (12) en Gil-
jam Wouter van Weele, kleermakersknecht (1) 21 maart 1849 de grote
reis gingen ondernemen.
Het stichtingsjaar van de kerk hebben we nergens kunnen achterhalen.
Men denkt te Borssele dat dit heeft plaatsgevonden vóór de grote uit
tocht. Dat lijkt wel aannemelijk want in de eerstvolgende decennia kan
hiervan beslist geen sprake geweest zijn. Bovendien is de eerste kan
selbijbel afkomstig van de later geëmigreerde Jan Steketee. Toen een
47