daardoor te kostbaar ge acht. Als uiteinden van de verkorting werden ge kozen het einde van de bestrating bij Kapelle en het veer op Gorishoek. Verder uitgangspunt was dat de kortste weg het goedkoopste was, dus een rechte lijn. Een weg vol gens deze lijn was lang 5900 el tegen 8635 el via Wemeldinge dus goedko- pergaf minder onderhoud en gaf een besparing in tijd van ca. uur. Een bezwaar was dat het tracé liep door de Moer, waar 's winters soms 9 palm water stond, zodat bij het leggen van de baan rekening zou moeten wor den gehouden met het op gejaagde water (bezoding van het beloop van de baan). De moerassen la gen lel boven zomerwater, Een zuidelijker tracé zou door nog lager gelegen terrein leiden. Uiteindelijk werd het tracé iets noor delijker verschoven over een hoge rug in de Yerseken Moer, waar het land 4 a 5 palm boven het winterwater lag. Deze verschuiving veroor zaakte wel een geknikt tracé. De weg, die tegenwoordig nog Postweg heet, werd aangelegd met een breedte van de baan van 10 el, 8 el sloot, 2 el glooiing en 4 el vrijboord totale onteigeningsbreedte 24 el. De weg moest 3 palm boven het water komen te liggen. De verhardingsbreedte werd in 1825 uit kosten overweging vastgesteld op slechts 3 el (voorgesteld was 4 el) op een zandkoffer, dik 3 palm, die 2 palm diep werd ingezonken, de verharding werd in genoemd jaar gelegd. De aarden baan was aanbesteed op 6 augustus 1823 voor 21. 700, en kwam gereed op 30 september 1824. De aanleg gaf aanleiding tot arbeidsmoeilijkheden. De aannemer van het grondwerk had veel schulden en had op 22 december 1823 mede in ver- Postweg tussen toestand. Kapelle en Yersekedam, bestaande 98

Tijdschriftenbank Zeeland

Historisch Jaarboek Zuid- en Noord-Beveland | 1976 | | pagina 100