Vlinders
Naast het inventariseren op vaste plaatsen zijn er ook vlinderaars die regelma
tig een hele route bewandelen om zo te onderzoeken welke vlinders er voorko
men. Anna Almekinders geeft een overzicht.
Degenen, die 't Duumpje regelmatig lezen
en/of de ALV bezoeken hebben wellicht
de indruk gekregen dat de vlinderwerk
groep alleen bestaat uit leden die zich
bezighouden met nachtvlindervangsten.
Maar dat is niet het enige waaraan de
werkgroep aandacht schenkt. Ook dag
vlinders krijgen alle aandacht. Zo tellen
twee leden van de werkgroep regelma
tig een dagvlinderroute. Verder wordt
op meerdere plekken aan tuintellingen
gedaan en is er ook nog de inventarisatie
van de vijfvlek sint-jansvlinder. Daarnaast
wordt niet alleen rond Oostburg (Euregio-
tuinen, Cathelinehof en in enkele privé-
tuinen) naar nachtvlinders gekeken, maar
er zijn ook regelmatig vallen gezet in de
Olieslagerspolder en enkele malen aan
het Zwin.
Hieronder een overzicht van de waarnemin
gen die ik heb ontvangen.
Routes
Enkele vlinderaars lopen ieder jaar een
vaste route. Met deze waarnemingen is
soms te zien wat de vlinderpopulatie op die
plaats doet. Om echt duidelijkheid daarin te
krijgen, is een lange termijn nodig. Het weer
in een bepaald jaar speelt een flinke rol. In
jaren met matig weer kan de teldag of zelfs
het telmoment cruciaal zijn. In ons gebied
wordt op twee routes geteld. Dit zijn de
Liniedijk bij Waterlandkerkje en de Grote
Boomdijk halverwege Oostburg en St. Kruis.
Langs de Liniedijk was de eerste jaren
vooral het icarusblauwtje belangrijk. De
soort overtrof alle andere soorten in aantal,
vaak anderhalf maal het aantal exempla
ren van de volgende meest voorkomende
soort. De laatste twee jaren loopt het aantal
icarusblauwtjes er flink terug. Zo zijn er
in 2013 436 exemplaren geteld en in 2015
nog maar 287. Het aantal exemplaren bruin
zandoogje is daarentegen toegenomen, zij
het dat de aantallen per jaar fluctueren.
vaak in lijnvormige structuren te vinden,
zoals wegbermen. In grotere grasvlaktes is
hij veel minder aanwezig. Een ander groot
verschil tussen beide routes is het aantal
getelde exemplaren bont zandoogje. Deze
soort is vooral te vinden op plaatsen waar
ook bomen en struiken staan. De rupsen
van zandoogjes leven op verschillende
soorten grassen.
Een ander opvallend verschil tussen beide
routes is dat bij de Liniedijk de aantallen
klein koolwitje zijn afgenomen en bij de
Boomdijk juist toegenomen. Mogelijk is dat
een gevolg van het beheer.
De Liniedijk wordt begraasd door runderen
en de Boomdijk wordt gemaaid. Dit jaar is
er gefaseerd gemaaid, waarbij de eerste
maaibeurt in de zomer was. Voor de vlin
ders heeft dat tot nu toe weinig gevolgen
gehad.
Langs de Grote Boomdijk zien we juist
een toename van het icarusblauwtje, van
37 in 2012 naar 66 in 2015. Ook het oranje
zandoogje is hier veel gezien in 2015. Hier
wordt het oranje zandoogje juist aanzienlijk
meer gezien dan het bruin zandoogje. Het
verschil tussen beide locaties is te verklaren
doordat bij de Liniedijk ook in een redelijk
uitgestrekt weidegebied wordt geteld.
Bij de Grote Boomdijk wordt enkel de dijk
geïnventariseerd. Het oranje zandoogje is
Tuinen
De meest voorkomende vlinder in de tui
nen was het klein koolwitje. Daarnaast zijn
er veel atalanta's en kolibrievlinders geteld.
De verschillen in de tuinresultaten zijn erg
groot. De tuinen van Oostburg herbergen
aanzienlijk minder dagvlinders dan die in
Waterlandkerkje. In Waterlandkerkje zijn
relatief veel "vossen" gezien, de al eer
der genoemde atalanta, distelvlinder en
dagpauwoog. In de tuin in de straat Uranus
te Oostburg zijn drie gehakkelde aurelia's
gezien en in de Boogschutter wel tien bont
zandoogjes.
De tuin in de Olieslagerspolder te Retran-
chement is eigenlijk niet echt als tuin te
zien. Er is echter wel op dezelfde manier,
als in tuinen wordt gedaan, geteld. Hier zijn
naast de eerder genoemde soorten ook zes
exemplaren groot dikkopje en zes exem
plaren citroenvlinder gezien. Verder zijn er
49 individuen bruin blauwtje geteld. Het
gebied, over heel Nederland gezien, waar
deze vlinder voorkomt neemt toe, maar het
aantal vlinders neemt af. Het bruin blauwtje
is daarmee een aandachtssoort geworden.
De rupsen leven op o.a. ooievaarsbek.
At