Jaar van de spreeuw wbbêê m v-w,1;:, ;>,SPREEU 'Z'f RSV, W, JAAR ,VJHEU 16 Het kan soms raar lopen in de natuur. Een vogel waarvan je denkt dat hij over vloedig aanwezig is, krijgt amper aandacht en blijkt dan ineens al jaren te lijden onder een forse teruggang. Zoals bij de spreeuw. Al behoort de Spreeuw tot de meest algemene soorten ter wereld, in Nederland neemt de soort sterk in aantal af. De pre cieze oorzaken van de achteruitgang zijn nog niet helemaal bekend. Mede daarom hebben Sovon en Vogelbescherming 2014 uitgeroepen tot het Jaar van de Spreeuw. Naar nu blijkt, is de terugloop niet iets van de laatste jaren: de spreeuwenstand gaat al vanaf eind jaren zeventig achteruit. Over de periode 1984-2012 is de broedpopulatie in Nederland zelfs met gemiddeld 4% per jaar afgenomen. Daardoor resteert momenteel minder dan 40% van de populatie van me dio jaren tachtig. In de laatste tien jaar is de negatieve trend wat afgezwakt, maar toch daalt het aantal spreeuwen jaarlijks met meer dan 2 Rode lijst en oranje lijst De rode lijst wordt iedere 10 jaar opnieuw samengesteld, en dan kom je soms voor verrassingen te staan. Zoals toen 9 jaar geleden bleek dat de mus enorm terug gelopen was. Je zit dan al in een alarmfase en de tijd om naar oorzaken te zoeken en maatregelen te treffen wordt erg kort. Op de huidige rode lijst staan 78 soorten. Op de oranje lijst komen daar 22 soorten bij als spreeuw en scholekster. Hiernaast ook veel algemene soorten als grote lijster, ge- kraagde roodstaart, kokmeeuw, torenvalk, waterhoen, wulp en zwarte mees. Ook soor ten van duin en strand als noordse stern, stormmeeuw, eider en kluut. Vroegtijdig inzicht De gegevens voor de oranje lijst worden niet alleen verzameld door vogeltellers, maar ook door vogelringers, wetenschap pers en nestbeschermers. Door deze opzet komen knelpunten in de populatieontwik keling vroegtijdig in beeld en voorkom je verrassingen pas op het moment dat weer een nieuwe Rode lijst moet worden samen gesteld. Kwetsbaar zijn vooral soorten die over lange afstanden trekken en soorten die op de grond broeden. De trekvogels hebben te lijden van de extreme droogte en groot schalige biotoopveranderingen als gevolg van de sterke bevolkingstoename in Afrika. Sommige soorten grondbroeders worden geconfronteerd met wegspoelende nesten door jaarlijks terugkerende overstromingen tengevolge van een stijgende zeespiegel. De voornaamste oorzaak van achteruitgang van deze 22 soorten schrijft men voorlopig nog toe aan intensivering van de landbouw. Zeker in het geval van de spreeuw. Er is namelijk op het boerenland steeds minder voedsel in de vorm van insecten te vinden. Teruglopende biodiversiteit. Ook in de bebouwde omgeving, steden en dorpen, is voor de spreeuw weinig te halen. Veegwagens zorgen voor bezemschone straten en legers bladblazende particulie ren verwijderen iedere andere ongerech tigdheid, voorzover voor- en achtertuintjes niet gebetonneerd zijn. Overigens gaat het ook in omringende landen slecht met de spreeuw. Op Europees niveau is de soort in de periode 1980-2011 met 52% afgenomen; ten opzichte van 1990 met 6%. Onderzoek Om de oorzaken van de achteruitgang echt goed in beeld te krijgen, is verder onderzoek nodig en iedereen kan aan dit onderzoek meedoen. Het onderzoek is vorige maand van start gegaan door met behulp van speciale nest kasten een poging te doen het broedsucces van de spreeuw in beeld te brengen. In de zomer en in de herfst gaan we groe pen spreeuwen tellen. In de vroege zomer om de verhouding tussen pas uitgevlogen jongen en volwassen vogels te bepalen. In de herfst om de slaapplaatsen in kaart te brengen. Op de hoogte blijven Meldt u dan aan voor de digitale maande lijkse nieuwsbrief op www.sovon.nl. I\j i.v

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 2014 | | pagina 16