Duindoorn slaat toe in de Willem-Leopoldpolder %;fM| i&m. Üh imm Üfl - Wiïmm 1 -if.afv* wtmmm BBS ■mna In deze periode van gestaag vorderende duisternis schenkt Awie de Zwart aandacht aan een fleurig oranje besje, de Duindoorn. Duindoorn is een pionier. En zoals het een goed pionier betaamt, heeft Duindoorn haast. Zolang de omstandigheden (schrale bodem) Duindoorn gunstig gezind zijn breidt deze zich razendsnel uit. Tijd voor treuzelen is er niet, want de successie is on verbiddelijk. Pakken watje pakken kunt, nu het nog kan, is het devies. Het is optimaal, jonge natuurontwikkeling van amper tien jaar oud. Destijds ingericht door een groot deel van de vruchtbare bouwvoor af te graven en weg te voeren. Een schraal zand- pakket kwam bloot te liggen en vormde de uitgangssituatie van een spontane vegetatieontwikkeling. En precies op deze voedselarme zandbodem zijn de afgelopen jaren in rap tempo duindoornzaailingen verschenen. Het eerste jaar nog klein en weinig opvallend, maar dat veranderde snel. Inmiddels kunnen we al spreken van forse meer dan manshoge struwelen die met meters per jaar uitdijen, gebruik ma kend van de tijd die geboden wordt om het nageslacht veilig te stellen. Een dergelijke stormachtige ontwikkeling van Duindoorn is op dit moment mooi waar te nemen in de Willem-Leopoldpolder Stikstof Het feit dat de duindoornstruiken zich op een schrale bodem zo snel ontwikkelen, heeft de plant te danken aan een geheim wapen. Dit bevindt zich onder de grond in de vorm van kleine knolletjes aan de wor tels. Hierin zitten bacteriën die stikstof, dat vrij in de lucht zit, om kunnen zetten in een vorm die voor de plant opneembaar is als een soort meststof. Deze vorm van samen werking geeft Duindoorn een voorsprong op de concurrentie. Dit voordeel wordt door de plant optimaal benut. Ongehinderd door andere struiken stuurt de plant haar ondergrondse uitlopers alle windstreken uit. En al snel verschijnen rondom de moederstruik diverse kleine nieuwe scheuten die op hun beurt ook weer nieuwe scheuten de wereld in sturen. En zo ontstaat binnen een aantal jaar na de kieming van het eerste plantje al een flinke horst van meer dan tien meter breed. Lat-relatie. Na enkele jaren verschijnen aan de struiken de welbekende oranje besjes. Maar niet alle struiken dragen bessen. Aan sommige duindoorns ontbreken de vruchtlichamen i&ZK' Êf A «VMgïi-i?J: volledig. In dat geval hebben we van doen met een mannelijke struik. Zijn er wel besjes in het spel, dan is de struik van het vrouwe lijk geslacht. Daarmee verschilt Duindoorn van veel andere planten die beide voort plantingsorganen in één plant verenigen. In dat laatste geval spreken we van éénhuizig, beide geslachten wonen in één huis. Bij soorten met aparte vrouwelijke en manne lijke planten spreekt men van tweehuizig, beide geslachten wonen ieder in een eigen huis. Je zou kunnen zeggen dat de heer en mevrouw Duindoorn een lat-relatie hebben. Rode loper Als jonge plant lijkt duindoorn onstuitbaar. Krachtige jonge uitlopers groeien in een razend tempo uit tot doornig ondoordring baar struweel. Niets of niemand lijkt in die eerste jaren zijn ontketende opmars te kun nen stuiten. Geen koe die zich waagt aan het gewapende grijsbladig groen. Zonder echte vijanden lijkt Duindoorn onbevreesd de toekomst in te kunnen gaan. Maar dat is buiten de tijd gerekend. Want hoe stoer de jonge struiken ook zijn, na enkele decen nia slaat de ouderdom genadeloos toe. De groeikracht neemt af, het takhout wordt broos en op de oude stammen verschijnen de fluwelen paddestoelen van de Duin- doornvuurzwam, het verval is ingezet. Is daarmee dan alles voor niets geweest? Nee, zeker niet. Jarenlange bladval in de herfst heeft de destijds zo schrale bodem gestaag verrijkt met een laagje humus waardoor een vruchtbare kiemingsbodem is ontstaan voor een nieuwe generatie struikvormers. En daarmee heeft Duindoorn de weg vrijgemaakt voor een volgende stap in de successie. Een nieuw hoofdstuk in een boek waarvan de volgende pagina weliswaar voorspelbaar is, maar altijd vol verrassin gen. Welke soorten zullen verschijnen op de rode loper die Duindoorn voor ze heeft uitgerold? De tijd zal het leren. Manshoge struwelen, die meters per jaar uitdijen (Awie de Zwart).

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 2011 | | pagina 4