Inhoud Wet natuur 1 Duindoorn slaat toe in de Willem-Leopoldpolder 2 Dagvlinders in routes en in tuinen in 2011 3 De wolf in de Lage Landen 4 De egel, een stekelig dier met hoge aaibaarheidsfactor 5 Myxomatose en konijnen 5 Expositie Waterdunen in Grote Kerkte Groede 6 Een bijzondere gast te Oostburg 7 Herstel van het Zwin-getijdengebied 8 De Spreeuw, winnaar van Euro Birdwatch 2011 12 Visdiefjes en de Landelijke Natuurwerkdag 14 Kiekendieven bestaan 1 jaar 15 Korte berichten 16 Veldwaarnemingen 18 Aktiviteiten 20 1 Awie de Zwart Anna Almekinders Danny Bauwens Danny Bauwens Danny Bauwens Jaap de Hulster Marcel Buijsse Frans Buijze Piet du Burck Jan Janssens Eric Waals Jaap de Hulster Reggie van Poucke Met de nieuwe conceptnatuurwet van het kabinet-Rutte zijn we weer helemaal terug in de jaren zeventig. Dat treft. Want dat waren de jaren waarin ik, als kind, mijn eerste natuurervaringen opdeed. Ik herinner mij nog goed hoe er opeens geen kikkervisjes meer waren in de sloten rondom het zwembad in het dorp waar ik opgroeide. Het jaar daarvoor hadden we ze nog volop bewonderd in onze schepnetjes, maar nu waren ze weg. Ook het korenveld voor ons huis, met zijn blauwe gloed van korenbloemen, verdween. Mijn vader stopte op een dag met vissen in de uiterwaarden. Wat er nog aan vis zwom was zo giftig dat opeten niet meer verantwoord was, en zonder opeten was voor mijn vader de lol er af. In de Waal, die even verder op stroomde, stopten ook de laatste palingvissers ermee. Volgens de bestaande onderzoeken zijn kinderen tussen 5 en 12 jaar erg ontvankelijk voor natuurervaringen. In die kinderjaren wordt ook het natuurbeeld gevormd waaraan mensen op latere leeftijd gaan hechten. Ik was dus jong en ontvankelijk in de allervieste jaren uit de Nederlandse geschiedenis. Wat ik leerde was: natuur is iets dat verdwijnt. Van de weeromstuit ben ik gaan koesteren wat ik destijds zag verdwijnen: korenvelden met korenbloemen en rivierenlandschap met levende in plaats van dode vissen. Maar in de jaren daarna gebeurde er iets atypisch: het besef drong door dat het zo niet langer kon met die dode rivieren, met die vergiftigde grond en met die verontreinigde lucht. Uit welbegrepen eigenbelang werden in Nederland plannen gemaakt om de overgebleven natuur echt te beschermen en zelfs een kans te geven om uit te breiden. Ook dat was nieuw: het idee dat natuur niet per definitie verdwijnt, maar zich ook kan herstellen, als mensen zorgen voor gunstige omstandigheden. Een eeuwenlange trend -natuur is er om te overwinnen en te ontginnen-werd doorbroken. De natuurbescherming werd ook in wetten vastgelegd, in de natuurbeschermingswet en later, de Flora- en faunawet. Dat hielp, een beetje, in de praktijk ging het nog altijd achteruit met het aantal soorten planten en dieren, maar er kwam ook, langzaam maar zeker, het nodige terug. En juist in de uiterwaarden, in en langs de rivieren, knapte de natuur enorm op. Ik ga er tegenwoordig weer vaak kijken. Een eigenaardige gewaarwording, wantin de uiterwaarden van de IJssel, de Waal en de Rijn is het mooier dan ik het ooit heb meegemaakt. Door de dynamiek van het water kleuren de oeverlanden in de zomer geel, paars, wit, blauw, rood van de weelderige plantengroei, de vogelrijkdom is ongekend, de bever is zomaar mijn ideale natuurbeeld binnen komen zwemmen en ook de otter doet hard zijn best. Maar nu is het weer afgelopen met de pret. In de nieuwe Wet natuur heft staatssecretaris Henk Bleker de bescherming van dieren, planten en natuurgebieden op, behalve als het per se niet mag van Europa. Preciezer gesteld: tachtig diersoorten, waaronder de zeehond, de das, de boommarter, de vuursalamander en veel vlindersoorten zijn niet meer beschermd. En honderd plantensoorten. Ook allerlei landschappen en natuurgebieden verliezen hun beschermde status. Dat alles overigens zonder fatsoenlijke wetenschappelijke, ecologische onderbouwing. En ganzen, zwijnen, herten en reeën mogen weer volop geschoten worden, gewoon, omdat het kan en omdat het leuk is. De wet heet niet voor niets Wet natuur, en niet langer Natuurbeschermingswet. Het wordt niet eens verbloemd in de tekst: het is de economie die moet worden beschermd tegen de ecologie, en niet andersom. De.natuur moet nu eindelijk eens hard worden aangepakt, die moet eens ophouden met de spuigaten uit te lopen. Vandaar die wet. En zo zijn we terug in de jaren zeventig. Natuur is weer gewoon bedoeld om te overwinnen, om te ontginnen, om te verdwijnen. Dat is wel zo overzichtelijk. Foto voorpagina: De visdiefjes kijken hun ogen uit tijdens Euro BirdWatch 2011 (John du Burck). CASPAR JANSSEN Met toestemming overgenomen uit De Volkskrant van zaterdag 5 november.

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 2011 | | pagina 3