Gewone paardenbloem toch
heel bijzonder
Awie de Zwart
Binnenkort is het zover, dan krijgt de natuur weer kleur. Na een lange winterperi
ode waarin sombere grijstinten de boventoon voerden keren langzaam de warme
kleuren weer terug in het landschap. De lucht vult zich met de geur van de lente
en in de wei bloeit massaal de Gewone paardenbloem. De aftrap voor een nieuw
groeiseizoen is gegeven. Maar is de Gewone paardenbloem wel zo gewoon?
Pèrezjikkers in bloei (Awie de Zwart],
Plant zonder vader
Paardenbloemen kunnen het gehele jaar
door bloeiend worden aangetroffen, soms
zelfs tot ver in het najaar. De massale
hoofdbloei vindt echter plaats eind april,
begin mei. Het is een feest dat zo'n twee
weken duurt waarbij bermen, grasvelden en
weides overweldigend geel kunnen kleu
ren. En dat is niet alleen een lust voor het
oog maar al die bloemen vormen ook nog
eens een zeer belangrijke nectarbron voor
veel insecten die op dat vroege tijdstip nog
weinig alternatieven voorhanden hebben.
Voor de bestuiving zijn deze nijvere bijtjes
en hommels echter niet nodig omdat de
vrouwelijke voortplantingsorganen zich
zelf bevruchten. Om die reden wordt de
paardenbloem ook wel 'plant zonder vader'
genoemd.
Molsla
Behalve voor insecten was de paarden
bloem in vroeger tijden ook belangrijk voor
de mens. Voor velen was het na een lange
winter de eerste verse groente die voor
handen was. Het jonge blad bevat tot drie
keer meer vitaminen dan een doorsnee
krop sla. Behalve in (pittige] salades kan
het blad ook worden verwerkt in stampot.
Oogsten gebeurt het best voor de bloei
omdat het blad daarna een bittere smaak
krijgt. Planten die door een molshoop
bedolven zijn produceren door lichtgebrek
wit blad dat vroeger als 'molsla' op de markt
werd gebracht. Een delicatesse die door de
succesvolle introductie van witlof inmid
dels is verworden tot een vergeten groente.
Naast het blad zijn bijna alle onderde
len culinair inzetbaar. Van de bloemen
maakt men siroop, wijn of gelei terwijl de
gedroogde en geroosterde wortel tot surro
gaatkoffie kan worden vermalen. Alleen de
bloeistengel is vanwege zijn giftigheid niet
eetbaar maar schijnt een probaat middel
tegen wratten te zijn. En dat is niet de enige
bijdrage aan de medische wereld want
een kop thee getrokken van het blad werkt
urineafdrijvend. Dat verklaard ook meteen
waarom de plant bij ons pèrezjikker wordt
genoemd.
Mary Poppins
Niets in de natuur is zo belangrijk als het
nageslacht. Zonder hen komt het voortbe
staan van de soort in gevaar. Het is dan ook
zaak daar zorgvuldig mee om te springen.
Bij paardenbloemen is dit beschermend
gedrag goed in het veld waar te nemen.
Al vroeg in het voorjaar trekt de penwortel
het rozet iets naar beneden waardoor de
kostbare knoppen in het hart van de plant
onder het maaiveld komen te liggen, onbe
reikbaar voor grazers. In alle rust kunnen
ze zich klaar maken voor de opening. Als
het zover is verlengt de bloeistengel zich en
duwt de bloemknop tussen de omringende
vegetatie omhoog. In de vroege ochtend
ontvouwt de bloemknop zich en is de win
kel geopend. Op zonnige dagen gonst het
er van de insecten en lijkt het soms wel
uitverkoop. Maar tegen de late namiddag
gaan de deuren onvermijdelijk weer dicht
Na de bloei buigt de stengel met gesloten
knop zich plat naar de bodem. Opnieuw
buiten bereik van de grazers kan het zaad
rijpen waarna de stengel zich weer opricht
en nog enkele centimeters verlengt tot ze
met haar kop letterlijk boven het maaiveld
uitsteekt. Iets wat, zoals het spreekwoord
al zegt, niet zonder gevaar is. Maar als
de wind eenmaal vat krijgt op de pluisjes
dan verlaten de zaadjes de plant. Als een
soort Mary Poppins kiezen ze massaal het
luchtruim en trekken de weide wereld in,
een nieuwe generatie paardenbloemen
tegemoet.
De pluisjes van de pèrezjikker (Awie de Zwart],