*r
Roofvogels
Jan Janssens
Sinds vorig jaar is er bij 't Duumpje
een groepje vogelaars dat zich bezig
houdt met inventariseren en monito
ren van broedende torenvalken.
Na het volgen van de cursus roofvo-
gelnestkartering, georganiseerd
door Henk Castelijns, werden de
activiteiten in 2004 uitgebreid met
een aantal andere roofvogelsoorten.
Een indruk van Jan Janssens.
"Torenvalken Jan, is dat niks voor
jou..." hoor ik Eric Marteijn, voor
zitter van de vogelwerkgroep,
tegen me zeggen.
Het volgende moment, het is 9
mei 2003, staan we op onze eer
ste locatie, een schitterende eeu
wenoude boerderij, te discussië
ren met de eigenaar van de
torenvalkkast over natuurbe
scherming, over roofvogels, over
het nut van ringen, over het
weer, over.....
"We" zijn Peter Heetesonne,
Luciën Boerjan, Jaap Poortvliet
en ik. Als een soort ghostbusters
rijden we in de zilvergrijze
Mercedes van Luciën door het
Westzeeuwsvlaamse landschap
op zoek naar torenvalken. Het
valt niet mee om de uitschuifbare
mast met daaraan een vrachtwa-
genspiegel, die Jaap gemaakt
heeft, waarmee we ongestoord
en snel in de kasten kunnen kij
ken, steeds weer in de pas
gepoetste auto te krijgen. Het
past maar net.
De volgende locatie is een kast
die midden in het veld staat. Een
kleine kilometer heen en ook
weer een kleine kilometer terug.
De kast is leeg. Daarna een kast
die bewoond is door kauwen. De
eigenaar heeft met behulp van
Landschapsbeheer Zeeland een
deel van zijn erf ingericht en ver
telt honderduit: de torenvalken
hebben een verwoede en moedi
ge strijd gestreden tegen de kau
wen, maar ze moesten tenslotte
het onderspit delven. Bovendien
heeft hij een middelste bonte
specht op zijn erf en dat is toch
wel bijzonder. Jaap belooft speci
aal terug te komen om de specht
te observeren en doet dat later
ook. Op naar de volgende kast.
Die staat ook midden in het veld
en is eveneens leeg.
Het inventariseren van torenval
ken is een gezellige maar tijdro
vende bezigheid. Een voordeel is
dat je niet voor dag en dauw uit
de veren hoeft, want de meeste
roofvogels slapen uit.
Toch zien we kans om in 2003 23
kasten te controleren. Er worden
dat jaar in 9 kasten 27 jonge
torenvalken grootgebracht.
Daarvan worden er 24 gekar
teerd (=gemeten, gewogen en
geringd, ook wordt gekeken
naar prooiresten, plukplaatsen
enz.). Een bezettingsgraad van
39,6% en gemiddeld 3 jonge
vogels per kast. Bijna alle jongen
zijn 50 gram te licht en dus niet
echt in optimale conditie, het
directe gevolg van verminderd
voedselaanbod. Het is een slecht
veldmuizenjaar en dat is het
favoriete voedsel van de toren
valk.
Roofvogels spreken veel mensen
tot de verbeelding en ook buiten
het broedseizoen gaat de discus
sie gewoon verder. Tussen jagers,
natuurbeschermers en boeren,
maar ook tussen natuurbescher
mers onderling. Ik heb zelf nog
geen duidelijk standpunt kunnen
innemen en besluit samen met
Luciën en Peter om in te schrijven
op de cursus
Roofvogelnestkartering, georga
niseerd door Henk Castelijns en
samengesteld door leden van de
Roofvogelwerkgroep Nederland.
Matthijs de Vries gaat ook mee,
i
WJT,
zodat we met vier man sterk
West-Zeeuws-Vlaanderen verte
genwoordigen. De cursus start
met maar liefst 28 deelnemers.
Henk is een bevlogen roofvoge
laar en hij zet zich enorm in
tegen de vervolging van roofvo
gels. Tijdens de cursus zien en
horen we een aantal sprekende
voorbeelden van roofvogelver
volging, zoals een buizerdnest
dat doorzeefd is met een schot
hagel. Jonge vogels met afgehak
te poten, hoe een roofvogelval
eruit ziet en nog veel meer.
Buizerds zijn vaak het slachoffer
van vergiftigingspraktijken
omdat het aaseters zijn. In het
hele gebied rond de Braakman
worden ze systematisch vergif
tigd. Je vraagt je af wat zulke
mensen bezielt en je hoopt dat
ze snel worden gepakt. Ook tij
dens de cursus komen we dit
soort zaken tegen. Een van de
cursisten, die in de buurt van de
Braakman woont, kon recent zijn
hond net redden van de vergifti-
gingsdood door er als een speer
mee naar de dierenarts te rijden.
We leren veel in deze cursus. Ik
wist bijvoorbeeld niet dat bui-
6 't duumpje 4/2004-2005