y Zowel de koeien als de schapen maak ten gebruik van het gehele terrein dat tot hun beschikking stond. Hollestellen. Op de hollestellen komt een gevarieer de vegetatie voor, waarin het (gezaai de) grasmengsel en Kamille de domi nante soorten zijn. In de drinkputten staat het gehele jaar (zoet) water en er is een zich ontwikkelende watervege tatie met Waterranonkel, Bies en Lisdodde. Op de helling van de ooste lijke hollestelle komt ook Speerdistel voor. Halverwege juli zijn de holles tellen gemaaid om de grond te ver schralen opdat de ongewenste ruigte vegetatie op termijn zal verdwijnen. De oever van de oostelijke drinkput bleek flink vertrapt door de koeien. In de warme zomermaanden zochten de dieren verkoeling door tot hun buik in het water van de drinkput te gaan staan. De vrees is uitgesproken dat mogelijk door de kleilaag heen wordt getrapt waardoor de drinkput "lek" kan raken. Vooralsnog is dit niet het geval omdat ondanks de relatieve droogte de put tot aan derand toe gevuld is. Vogels. Ook wat de vogels betreft zijn interes sante ontwikkelingen in gang gezet. Het vogeleiland was aantrekkelijk voor pioniervogels, die op kale grond broeden. Zelfs nadat twee legsels door de hoge waterstanden van half mei en juni verloren gingen, werd er voor een derde keer gebroed door de vogels. Tussen de planten van het schor en langs het onderste deel van het dijkta- lud zijn 11 sooiten vogels tot broeden gekomen. Om .de kans op wegspoeling van de nesten door dergelijke springvloeden tijdens het broedseizoen te verlagen, is afgesproken een extra laag schelpen aan te brengen als een verhoogde broed- en vluchtplaats voor de jongen. Door deze in een natuurlijke sikkel vorm (de zogenaamde pargaanvorm) te leggen, is in geval van nood de ver hoging voor de jongen uit alle nesten bereikbaar. Inmiddels is dit werk met behulp van de Stichting Landschapsbeheer Zeeland uitgevoerd, waarbij er een wisselend aantal vrijwilligers op de meest letterlijke wijze de elementen hebben getrotseerd tijdens de laatste vorstperiode. Bovendien is meteen de vegetatie van het eiland verwijderd, waardoor er weer gesproken kon wor den van "kaal" zand. Deens Lepelblad Recreatief medegebruik. De meeste mensen die van het gebied gebruik maken, houden zich aan de gestelde regels op de informatiebor den. Desondanks zijn er ook een aan tal die zich buiten de paden begeven of waarvan de hond los door het ter rein zwerft. Daarom zal aan de verbin dingspaden vanaf de dijktrappen naar de voorberm enige verduidelijking worden uitgevoerd. Hierbij ligt het accent op de door de voetgangers aan te houden looproute in relatie tot de betreding van het gebied. Het blijkt hoognodig te zijn, om geen enkele twijfel over het betreden van het gebied open te laten; door een aantal aanvullende verwijsbordjes moeten de medegebruikers van en naar de Voorberm worden (be)geleid. Op de volgende bijeenkomst van de begelei dingscommissie, over een jaar, zal besproken worden in hoeverre deze maatregelen voldoen. Conclusie. Na dit eerste jaar natuurtechnisch beheer van het Voorland mag worden vastgesteld, dat de ingeslagen weg in overeenstemming is met de doelstel lingen van het beheersplan. Voor wie dit nog eens wil nalezen ligt het beheersrapport voor geïnteresseerden ter inzage bij 't Duumpje. Het blijft de moeite, om de verschil lende aspecten in de gaten te houden en bijvoorbeeld aan de eerstkomende excursie deel te nemen. Voorlopig is deze vastgesteld op zaterdag 22 juni. Vertrek om 10.00 uur bij het Gemaal van Nummer Eén. 5

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 1995 | | pagina 5