n»
Korte Berichten
De Reiger
I Vorige winter kregen we regelmatig
I bezoek van een reiger. Iedere morgen
I rond 7 uur kwam hij behoedzaam
I naderbij. Maar de 2 kaïpers waren te
I groot en de goudwindes te snel en te
j schuw om als ontbijt te dienen. Totdat
I ik op het idee kwam kroos uit een
naburige sloot te halen. De reiger ging
I op de scheidingslijn van water en
I kroos staan, totdat en jawel, enkele
j goudwindes hebben het geweten.
I Dat kroos had ook een voordeel: na
I een half jaar wemelde het in de vijver
I van kleine visjes. En de reiger kwam
I al lang niet meer. Een strak gespannen
j donkere draad op ongeveer 40 cm.
I afstand was de oplossingtot
het moment dat er een nieuwe kaper
op de kust kwam.
Kleiner dan een reiger, maar met
dezelfde tred. Bruin met witte stippen.
Ik dacht meteen aan een jonge roer
domp, maar aangezien mijn vogelken
nis niet veel verder reikt dan het ver
schil tussen een mus en een mees,
belde ik Huib van Iwaarden. Die hielp
mij snel uit de droom: een Kwak
En een visliefhebbber van de eerste
orde. Die kleine visjes zag hij wel zit
ten, of lieverzwemmen.
Iedere morgen om 7 uur was hij pre
sent. Aanvankelijk erg schuw, maar na
een keer of vier had hij het id.ee dat we
de voorraad visjes voor hem steeds
aanvulden. Omdat wij niet van dat
soort fourageren houden, joegen we
hem op het laatst weg met het gevolg
dat hij op de schutting ging zitten
wachten tot we weer in huis gingen.
Ik heb het vermoeden dat hij bij de
naderende winter weer een vaste gast
zal worden van de vijver. Mits niet
bevroren, valt er veel te halen: bij een
KWAK-kelwinter dus.
Kees Schijve, Aardenburg.
Een avondje 'Kerkiiilenjacht'.
Het was een rustige avond in oktober,
bij volle maan en toch wel wat heiïg
toen ik besloot op stap te gaan om
eens een kerkuil in de kijker te krijgen.
Nu was dit niet helemaal toevallig,
want een paar weken terug had ik
boven in een schuur in de buurt op de
kerkuilenkast al wat braakballen
gevonden.
De rit leidde dus regelrecht naar die
schuur. Dat die uil dan natuurlijk niet
direct in mijn armen vliegt, weten we
allemaal. Na een uur met de kijker in
de aanslag op de dijk te hebben geze
ten, begon het toch wel wat te verve
len en het werd er ook niet warmer op.
Teleurgesteld reed ik terug naar huis.
Onderweg schoot mij opeens te binnen
dat ik al eens een soort uil had zien
vliegen bij een andere boerderij. Daar
ben ik dus nog snel even heen gegaan,
maar helaas geen uil te bespeuren.
Onachtzaam vervolgde ik mijn weg
huiswaarts. Na ongeveer 500 meter
gereden te hebben, viel mijn oog op
een wit paaltje met een blauwe dop dat
in de berm stond.
En wat zat daar op dat paaltje
Jawel hoor, een kerkuil, die mij aan
keek alsof hij wilde zeggen: "Waar
bleef je nou toch zolang": hij vloog
vervolgens een eindje verder om daar
op een straatnaambordje te gaan zitten.
Op het bordje zittend liet hij zich
geruime tijd van alle kanten bekijken.
Fluitend vervolgde ik mijn rit naar
huis: mijn avond was beslist de moeite
waard geweest.
G. van Daele, 15 oktober 1995.
Nieuws van het Zwin.
In de Zwinschorre broedden een groot
aantal soorten vogels, teveel om op te
noemen, maar enkele hoogtepunten
willen we U toch niet onthouden.
Zo broedden er 62 visdietjes, en ver
der een paartje Noordse stems. Dit is
voor België slechts het vierde broed-
geval van deze elegante- 'zeezwaluw'.
Gewoonlijk broedt deze soort veel
noordelijker, tot in het uiterste noor
den van Europa, Azië en Amerika.
Deze stern is een uitzonderlijke trek
vogel. Overwinteringsgebieden bevin
den zich vooral langs de Atlantische
kusten van Zuid-Afrika. Soms trekken
ze verder oostwaarts tot in Zuidoosl-
Azië. Een exemplaar dat in Groot-
Brittannië geringd werd, werd in
Australië teruggevonden.
Sinds eind september verbleef er een
grote jager. Deze grote roofmeeuw
overwintert normaal in volle zee en
komt/buiten de broedperiode, slechts
uitzonderlijk aan land.
De maand oktober is ook de maand
van de 'zangvogeltrek'. De vogels
zoeken hun winterverblijf op en vlie
gen zuidwaarts. Bij ideale weersom
standigheden ziet men soms, vooral in
de vroege voormiddag, duizenden
spreeuwen,, vinken en kneutjes, hon
derden piepers en leeuweriken voor
bijtrekken langs de duinengordel.
Boven zee zie je vaak spectaculaire
trek van sterns, meeuwen, steltlopers
en eenden.
Zeldzame waarnemingen:
- 06.08.1995 2 grote zilverreigers
- 15.08.1995 een orfeusspotvogel
- 03.09.1995 een noordse stormvogel
- 14.09.1995 een kwartelkoning
- 21.09.1995 een bruine boszanger
- 10.10.1995 3 bosruiters
- 10.10.1995 3 grote gele kwikstaarten.
Guido Burggraeve.
15