getransporteerd naar gebieden waar een "tekort" heerst. De keuze kan ook gemaakt worden de mestproducerende bedrijven te verplaatsen naar regio's met een mesttekort, hetgeen uiteraard de anders te maken transportkosten uitspaart. Dit laatste punt speelt nu voor Zeeuws-Vlaanderen. Betrokkenheid 't Duumpje De betrokkenheid van 't Duumpje startte feitelijk met het indienen van bezwaarschriften tegen de aanvragen van milieuvergunningen voor het ves tigen van een zestal varkenshouderijen in de gemeente Oostburg (zie de kaart jes met de locaties). In totaal gaat het hierbij om circa 27.000 varkens. Het bezwaar werd door de gemeente onge grond verklaard, 't Duumpje bleek echter niet de enige te zijn die zich met deze problematiek bezighield. Er waren ook bezwaren ingediend door een aantal verontruste omwonenden. Begin november 1994 werd door één van hen, Sjaak van den Broecke, een bijeenkomst georganiseerd in het golf clubgebouw aan de Brugse Vaart waarbij ook drie leden van de milieu werkgroep van "t Duumpje aanwezig waren. Het doel was gezamenlijk in beroep te gaan bij de Raad van State. Dit is wel een dure zaak: per vergun ning moet f 800 aan griffierechten worden betaald (dil is een soort leges). Dankzij een grote bijdrage van de omwonenden is het mogelijk geweest om tegen vier van de zes aanvragen in beroep te gaan; de bezwaren tegen de locaties aan de Groeneweg bij Schoondijke werden te weinig kansrijk geacht. Bij de gang naar de Raad van State krijgt 't Duumpje ondersteuning van de milieujurist van het Bureau voor Rechtshulp uit Dordrecht, Jan Eelco Dijk. Aanspreekpunt van de bewoners is op dit moment Piet Provo. Wettelijk kader; welke bezwaren worden gehonoreerd? Het lijkt absurd dat dergelijke mega- bedrijven zich "zo maar" hier kunnen vestigen. Nederland wordt nogal eens afgeschilderd als een land waar in principe alles verboden is; een nogal geforceerd beeld. Wat zonder meer waar is, is dat ons land een hoge regel dichtheid kent, maar dit kan voor een belangrijk deel op het conto van de hoge bevolkingsdichtheid worden geschreven. Waar veel belangen op een klein gebied bij elkaar komen, is het soms schipperen om alles met elkaar te kunnen verenigen. In gebie den met een lagere bevolkingsdicht heid, zoals Zeeuws-Vlaanderen is de speelruimte wat groter en dan wordt de strekking "wat niet verboden is, is toegestaan" beter zichtbaar. Wat is nu precies verboden als je gaat kijken naar de varkensstallen? Verbo den is het bouwen van een dergelijk bouwwerk zonder bouwvergunning. Verder is verboden het "oprichten of in werking hebben" van een "inrich ting" zonder milieuvergunningdit is wat vroeger de Hinderwetvergunning werd genoemd. De Hinderwet is in 1993 opgegaan in de Wel Milieu beheer, een overkoepelende wet die een meer integrale benadering van de milieuproblematiek mogelijk maakt. Tenslotte is het verboden om de vee stapel nog verder uit te breiden; de enige mogelijkheid is dus het ver plaatsen van vee, en wel naar een niet- verzuringsgevoelig gebied. Grof ge zegd zijn volgens de toepasselijke regels zandgebieden verzuringsgevoe- lig, kleigebieden niet. In onze streek dus eigenlijk alleen de duinen en de omgeving Aardenburg-Eede-St.Kruis. In dit opzicht dus geen belemmeringen wat betrefride gebieden die men op het oog heeft. Bij de milieu- en bouwvergunning is het belangrijk om te kijken wat de weigeringsgronden zijn. In de wet wordt namelijk vrij nauwkeurig aange geven welke redenen de gemeente kan aanvoeren om de vergunning te weige ren; andere redenen worden niet rele vant geacht. Bij de milieuvergunning gaat het uit sluitend om het belang van het milieu andere argumenten worden niet van belang geacht. Wat "het belang van het milieu" dan wel precies inhoudt, wordt in de Wet Milieubeheer nader v US&V OostburgV i' glSï Véerhoek'porde, AusterlitzjdoJder Vawrrpojder' Vijfhonderd - beoosten- Eedepolder 5

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 1994 | | pagina 5