Boerderijen
In de polder zijn veel boerderijen.
Boerderijen vind je nooit in dorpen.
Vroeger stonden er wel eens boerderij
en in een stad. Als je op een boerderij
woont, is het bijna altijd rustig. In de
polders rijden er bijna geen auto's.
Een boerderij staat meestal achter een
dijk of achter bomen. Er zijn boerde
rijen in ons land die meer dan 300 jaar
oud zijn. Vroeger stonden boerderijen
op heuvels. Dat hadden ze gedaan
zodat het water niet bij de boerderij
kon komen. Dat water was zeewater.
Heel lang geleden waren er nog geen
polders, toen was er alleen nog maar
zeewater. De mensen hadden toen het
water in de zee gedaan, dat heet inpol
deren. Toen er zee was. waren er
natuurlijk nog geen boerderijen. De
boerderijen hebben ze later gebouwd.
Lotte (groep 7)
De geschiedenis van Zeeland en
polders.
Polders zijn stukken land die op de zee
zijn veroverd. De polders worden
beschermd door dijken en duinen.
Polders liggen vaak onder de zeespie
gel. Waterschappen zorgen voor dij
ken, duinen, polders en natuur. Maar
hoe was dat vroeger eigenlijk
Vroeger was Zeeland lang niet zo
groot als nu. Er werd veel om Zeeland
gevochten, want als je Zeeland had,
had je ook toegang tot Brugge, Gent
en Antwerpen. Zeeland bestond uit
een paar (schier)eilanden. Vooral
Holland en België( Vlaanderen) wilden
Zeeland hebben, maar ook Noord-
Brabant en Utrecht toonden belang
stelling voor Zeeland. Zeeland was
een welvarend graafschap. De graaf
was een Belg, want West en Oost-
Vlaanderen hoorden een tijd bij
België, het graafschap Vlaanderen. De
Zeeuwen moesten al die tijd vechten
tegen twee vijanden namelijk een
ander land en het water of de natuur.
De zee speelt ook een belangrijke rol
bij de geschiedenis van Zeeland. De
zinspreuk van Zeeland is Luctor et
Emergo. Het staat onder het wapen
van Zeeland, maar een van de ergste
dingen was de ramp in 1953. Daarna
waren de Deltawerken, verder is in
Zeeland niks ergs meer gebeurd.
Peter Tak (groep 8)
Inpolderen.
In Nederland is veel land gewonnen
op de zee, dat heet inpolderen. Een
beroemde man in de wereld van inpol
deren in Jan Adriaanszoon
Leeghwater. Hij woonde als kleine
jongen in het dorpje Rijk. Van zijn
vader leerde hij hel timmervak. En
toen wat ouder werd, bedacht hij een
plan om de Beemster droog te pom
pen, want in Noord-Holland waar hij
woonde, bestond de helft van de pro
vincie uit water, dus een stutje land
konden ze best gebruiken. Eerst waren
er veel mensen tegen, dat waren voor
al vissers, maar in 1607 kreeg hij van
de regering toestemming om de
Beemster droog te pompen. Rijke
kooplieden kwamen met het geld,
want die zagen wel geld in de bodem
van de Beemster, die was namelijk
van klei. Maar om te bewijzen dat zijn
plan uitvoerbaar was, zocht hij een
meer, en dat werd het Wogmeer. Daar
lukte het en het Wogmeer viel in 1608
droog. Onder grote aanmoediging ging
hij toen verder met zijn plan om de
Beemster droog te malen. Eerst bouw
de hij een ringdijk rond de Beemster;
daarop zette hij 26 windmolens, die
pompten het water in de ringvaart en
vanuit de ringvaart stroomde het water
in een afvoerkanaal, door een sluis de
Zuiderzee in. Maar toen het bijna klaar
was, hadden mannen die jaloers
waren, de ringdijk doorgestoken en
toen konden ze weer helemaal
opnieuw beginnen, met een aantal van
40 molens. Er kwam een geweldige
storm die alle dijken vernielde maar in
1612 lag de Beemster eindelijk droog.
Toen ging Leeghwater weer verder en
hij maakte een plan voor de Purmer
die in 1622 droog viel. Daarna begon
hij aan de Wormer, die viel in 1625
droog en tenslotte de Heerhugowaard
in 1631. Daarna in 1851 de
Haarlemmermeer. Deze is niet door
Leeghwater drooggepompt, want hij
stief in 1650. Zijn bijnaam werd later
zijn achternaam, want zijn bijnaam
was laagwater. Later werd dat
Leeghwater. Vroeger werd er in
Zeeland ook veel drooggemalen, dan
bouwden de mensen eerst een dijkje
van palen met daartussen zeewier en
ander afval, daarover grond en gras.
Op de dijk kwamen windmolens die
pompten het in de zee en een nieuw
land was geboren. Vaak overstroomde
er een dijk en was al het werk voor
niets geweest, net als in 1953 toen
werd er veel land op de zee verloren.
Dat komt omdat Nederland in een eeu
wige oorlog zit met de zee.
Paz Boekhout (groep 8)
Kahouterpad in groep 1 en 2
Er zijn veel manieren om met kleuters
buiten bezig te zijn. Een speelse en
aantrekkelijke manier om kinderen
met de natuur om te laten gaan, is het
kabouterpad. De kleuters zijn te gast
bij de kabouters. Kabouters houden
van planten en dieren. Ze gaan er met
zorg mee om en deze houding wordt
op de kinderen overgedragen.
Donderdagmorgen. 23 juni, gingen er
twee 'natuurouders' al vroeg op stap
lang De Veste, om er de kabouters
klaar te zetten. Op hun buik stonden
de verschillende opdrachten. Enkele
opdrachten waren:
- De eenden happen steeds met hun
snavel in het water. Wat zou ei-
eigenlijk in dat water zitten Schep
water uit De Veste en kijk wat er
allemaal in zit. Kijk ook eens naar
het water wat bij ons uit de kraan
komt. Wat zie je daar in
- Kabouters vinden het spannend om
iets te voelen. Ze hebben een specia
le voeldoos. Proberen jullie het ook
eens.
De kinderen waren erg enthousiast
met de opdrachten bezig en wisten
bijna van geen ophouden. Voordat we
er erg in hadden, was de morgen
alweer voorbij en moesten we terug
naar school.
17