ko>te 9ntA*Adm$m
KOKMEEUWENKOLONIES.
In het kader van de PPD inventarisatie
is op 29 mei 1985 de kolonie kokmeeu
wen in het Nederlandse Zwin geteld. Het
aantal nesten bedroeg 3048 en er werden
1-2 broedparen van de zwartkopmeeuw
aangetroffen.
Ook in de kolonie op het Paulinaschor
werd het aantal broedparen aan de hand
van de nesten geteld. Hier werd weer
maar eens duidelijk dat een schatting
vanaf de dijk, zeker als dit niet in de a-
vond gebeurd, vaak tot een grove onder
schatting kan leiden. Onafhankelijke
schattingen vanaf de dijk leverden 550 -
650 broedparen op, terwijl de nestentel
ling op 23 mei 1392 paren opleverde! De
aantalsschattingen van de kokmeeuw
voor dit gebied, zoals vermeld in de
broedvogeloverzichten 1979-1984 van
Peter Meininger, waren zeker te laag.(EM)
RUIMTELIJKE ORDENING BE
STAAT NU OOK IN AARDENBURG.
In de gemeente Aardenburg is onlangs
een kommissie Ruimtelijke ordening in
het leven geroepen, die de gemeenteraad
zal adviezeren in planologiese zaken.
Géén overbodige luxe in Aardenburg,
waar op dit vlak in het buitengebied heel
wat aan de hand is. Véél fraaie natuur
gebieden zijn hier de laatste jaren ver
dwenen, ook al kenden ze een planolo
giese bescherming. Het bestemmingsplan
buitengebied is enkele maanden geleden
de Raad van State gepasseerd en heeft
inmiddels rechtskracht. Dat betekent dat
de gemeente nu de mogelijkheid heeft
om op te treden tegen een aantal
negatieve ontwikkelingen in de vele na
tuurgebieden die deze gemeente kent.
Om onze visie op dit planologies gebeu
ren toe te lichten heeft de planologie
werkgroep van het Duumpje de kom
missie uitgenodigd voor een fietstocht
door het buitengebied van de gemeente.
Trouwens, de kommissievergaderingen
zijn openbaar en toehoorders kunnen
zelfs van een spreekrecht gebruik maken.
Een demokratiese aanpak die we in
andere gemeentes missen. (TK)
OEVERZWALUWEN KRIJGEN EEN
KANS VAN HET WATERSCHAP.
Deze winter kwam de verbreding van het
afwateringskanaal dat loopt van Bak-
kersdam naar Cadzand-Bad tot stand.
Daarover is regelmatig kontakt geweest
met het Waterschap het Vrije van Sluis,
in wiens opdracht het werk wordt uitge
voerd. Een punt van overleg was het
verdwijnen van de lage oevers tussen de
Zwinbrug bij het Sluisse Veer en de dui
ker in de buurt van het 'Plankenhuis'.
De lage oever kende een fraaie vegetatie
en de stijle oever is een potentiele broed
plaats voor de oeverzwaluw en ijsvogel.
Dat heeft' het Waterschap ertoe gebracht
bij de uitvoering van het werk een 200
meter lange strook uit te sparen in de
oever, in de hoop dat er in de toekomst
oeverzwaluwen komen broeden. Een pri
ma initiatief, waaruit blijkt dat ook bij
instanties als het Waterschap de wil aan
wezig is om rekening te houden met na-
tuurbelangen. Lof voor het Waterschap
is hier zeker op z'n plaats. Laten we
hopen dat met wederzijds begrip die sa-»
menwerking verder kan worden uitge
bouwd. (TK)
20