/lateriaalproblemen bij de chuiven van de tormvloedkering I I Bericht 100 (mei 1982) is een beschrijving c ogenomen van het ontwerp van de schuiven ii de stormvloedkering. In dit artikel zal n oder worden ingegaan op een materiaalpro- b eem dat zich heeft voorgedaan bij de f bricage van het hoofddraagsysteem. H ot hoofddraagsysteem van een schuif b staat, afhankelijk van de hoogte van de si huif, uit twee of drie horizontale vakwerklig- g rs, die zijn opgebouwd uit buisvormige p ofielen. Deze liggers zijn met elkaar verbon- d n door een verticaal vakwerk van koppelsta- v n die eveneens bestaan uit buisvormige p ofielen. Afhankelijk van de verhouding ti ;sen buisdiameter en wanddikte zijn de bi izen warm of koud uit plaat tot buizen gi walst. Voor de kleine buisdiameters is n. adloze buis gebruikt. Ti dens de assemblage van het hoofddraagsys- te ;m aan de eindkokers werd bij één van de st tuiven tijdens het ultrasone onderzoek van ei n lasverbinding een hoge demping gecon- st teerd. Op grond daarvan werd dit materiaal ve wijderd en aan een destructief onderzoek oi derworpen. U dit onderzoek bleek dat de rekgrens lager w s dan in het bestek omschreven, en de kt fslagwaarde beduidend lager dan die van he uitgangsmateriaal; het materiaal vertoonde vt der een grofkorrelige structuur. N der onderzoek naar de scheurgevoeligheid van het materiaal leverde lage CTOD-waarden oi (tabel 1Het staal was dus slecht bestand tegen instabiele scheuruitbreiding. Uitgebreider destructief onderzoek aan de buizen leidde tot het inzicht dat uitsluitend in bepaalde warmgewalste buizen afwijkingen voorkwamen; koudgewalste en naadloze buizen gaven geen afwijkingen te zien. Alle warmgewalste buizen, 30% van het totale aantal, konden dus een grofkorrelige structuur hebben, met mechanische eigenschappen die afweken van de specificatie; tevens kon het materiaal daarbij zeer slechte eigenschappen hebben met betrekking tot de scheurgevoelig heid. Op het moment dat dit probleem zich voordeed was een aantal schuiven reeds geplaatst; de overige bevonden zich in verschillende stadia van fabricage en assemblage. Het staat vast dat de mechanische eigenschap pen van de platen vóór het warmwalsen wél aan de specificatie voldeden. Geconcludeerd moet dan ook worden, dat de structuur van het materiaal tijdens de warmtebehandeling ten behoeve van het warmwalsen zodanig is veranderd, dat de mechanische eigenschappen in een aantal buizen daalden tot beneden de eis van specificatie. De oorzaak van het probleem moet worden T oei 1Mechanische eigenschappen volgens ontwerp en meting. m chanische eigenschappen Bestek-eis Gemeten R kgrens 340 N/mm2 280 N/mm2 R k bij breuk 22% 22% K rfslagwaarde bij-20C,C (gemiddelde van 3 proeven) 28 Joule 28 Joule K< meigrootte - 6-10 S' heurgevoeligheid - 0,1-3 mm 457

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1987 | | pagina 15