Begrenzing van de toekomstige
voorhaven. Hansweert-Oost,
binnen de stippels, is ontruimd
en op twee panden na gesloopt
tijd stil ligt, wat een niet erg aantrekkelijke
schadepost oplevert.
Tenslotte nog een laatste aandachtspunt. We
hebben gezien dat het Kanaal door welke
oorzaak dan ook plotseling kan vollopen of kan
leeglopen, bijvoorbeeld bij schadevaring of
wanneer de buitendeur bezwijkt bij een
buitenwaterstand die lager is dan het kanaalpeil.
In beide gevallen wordt de ernst van de
gevolgen mede bepaald door wat er op het
kanaal achter de sluis kan gebeuren. De dijken
langs het Kanaal zijn theoretisch N.A.P. 4,00
m hoog, maar in feite halen ze op sommige
plaatsen de N.A.P. 3,00 m niet. Vollopen van
het Kanaal tot aan het gemiddeld hoogwaterpeil
kan dus al bijna een overstroming van het
naast liggend polderland tot gevolg hebben.
Behalve aan de lage kant zijn de dijken ook niet
zo sterk als men eigenlijk zou willen. Overstro
men ervan, of een snelle waterstandsdaling in
het kanaal, zou beschadiging van de dijken tot
gevolg kunnen hebben. De ernst van de dan
ontstane situatie is weer afhankelijk van de
mate waarin de buitenwaterstand tot op het
kanaal kan doordringen, en van de hoogte van
die waterstand.
In het voorgaande is vrij uitvoerig ingegaan
op de problemen rond het Kanaal door Zuid-
Beveland en de rol die het sluizencomplex bij
Hansweert daarin speelt. Een aantal zaken
hebben we buiten beschouwing gelaten,
bijvoorbeeld dat voorlopig ook de sluizen bij
Wemeldinge nog een primaire kering vormen.
Getracht is duidelijk te maken dat, wanneer
men zich gaat verdiepen in de veiligheidsmarges
die men hier nog heeft, zich een breed veld van
mogelijkheden voordoet, en van combinaties
daarvan. Door een aantal niet-kwantitatieve
risico's te beschrijven is duidelijk gemaakt dat
de situatie zorgen baart, zonder dat kan
worden aangegeven hoe groot de risico's
precies zijn. Evenmin is nagegaan in hoeverre
het indertijd achterwege gelaten onderhoud
- het kanaal zou immerstoch verbreed worden
de situatie verergerd heeft. Dat dit alles niet
bijgedragen heeft tot een optimale situatie is
duidelijk. Inmiddels wordt nagegaan in hoeverre
maatregelen te treffen zijn om, ingeval er iets
ernstigs gebeurt, de gevolgen daarvan zoveel
mogelijk te beperken.
278
