ondergrens van 130 kg/cm2. Bij het vaststellen van de conusweerstandseis is met de karakte ristieke ondergrens rekening gehouden, met andere woorden de eis dat de conusweerstand 130 kg/cm2 bedraagt. De controlesonderingen dienen niet alleen voor verificatie van de deformatie-eisen, doch ook van de verwekingseis; het controle-onder zoek bestaat namelijk uit 6 sonderingen en slechts 1 dichtheidsmeting. Uit een indertijd uitgevoerd correlatie-onderzoek bleek dat bij een conusweerstand van 130 kg/cm2 een poriëngehalte behoort van 40%. Dit staat bekend als de 'bandcorrelatie'. De conusweer stand is dus tevens gekoppeld aan de verwe kingseis. De bandcorrelatie is opnieuw beschouwd door er de meetresultaten van de afgelopen anderhalf jaar bij te betrekken. Uit de resultaten van deze beschouwing blijkt dat het zogenaamde omslagpunt inderdaad ligt bij een poriëngehalte van 40%. De conclusie is dan ook dat op grond van de verwekingseis de conusweerstandseis niet kan worden verlaagd. Gezien deze ontwikkeling is een eventuele verlaging van de conusweer standseis op grond van deformatie-eisen niet verder in beschouwing genomen, daar de verwekingseis reeds maatgevend is. Wel kan de kanttekening worden gemaakt dat eventuele verlaging van de conusweerstandseis inbreuk zou doen op de beschikbare tolerantieruimte voor alle uitvoeringshandelingen volgend op het verdichten; tevens zou dit consequenties hebben voor de krachten op de dorpelbalk. De uitgevoerde analyses geven geen aanleiding om de verdichtingseisen te verlagen. Op grond van de verdichtingseisen is daarom geen vergroting van de horizontale stapafstand mogelijk. 71

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1982 | | pagina 17