Nauwkeurig meten en peilen is voor de
uitvoering van de drempel een vereiste. Uit het
ontwerp zijn de hydraulische en geometrische
randvoorwaarden geformuleerd waaraan de
aangebrachte lagen moeten voldoen. Meet-
toleranties zijn opgesteld, uitgaande van de
gegeven gemiddelde en minimum laagdiktes,
aanlegniveaus en taluds. Dit is nodig om te
controleren of de volgens het ontwerp aange
brachte hoeveelheden steen zo op de bodem
zijn terechtgekomen dat aan de hydraulische
en grondmechanische eisen wordt voldaan.
Hoge eisen worden gesteld aan de kwaliteit
van zowel de plaatsbepaling als de bodemcon
trole. Het systeem voor de bodemcontrole
dient relevante informatie te verstrekken en is
tevens nodig voor het analyseren van het
verloop van de verschillende werkzaamheden.
Op de peilboten is apparatuur geïnstalleerd om
de vlakheid en de laagdikte van de lagen te
kunnen meten. Bovendien moet men eventuele
gaten in de verschillende lagen van de drempel
kunnen signaleren. Voor alle werkzaamheden
bij de aanleg van de drempel is een nauwkeurig
plaatsbepalingssysteem nodig. Elke schipper
moet weten wat de werkelijke positie van zijn
stortschip is ten opzichte van het gewenste
stortvak. Voorts zijn aan boord gegevens
nodig over de stroomsnelheid en -richting, de
schuifstand van de steenstorter en de verhaal-
snelheid. De machinist van de toplaagstorter
moet de positie van de stenenbak kennen,
zodat hij zijn stenen met behulp van een van te
voren gemaakte plotkaart kan plaatsen, en
tevens kan voorkomen dat er botsingen zullen
optreden tussen twee stenenbakken. Voor het
positioneren van de verdichtingseenheden is
met name de stapgrootte van belang, en het
voorkomen van contact met de pijlers. Steenoverslag in het depot