Mogelijkheden voor de recreatie in de hals van Zuid-Beveland Om verdere recreatieve belasting van het Oosterschelde-gebied te voorkomen is onder zocht waar recreatieve bestemmingen kunnen worden gepland in het smalle gedeelte - 'de hals' - van Zuid-Beveland. Rondom het Bathse Spuikanaal en aangrenzende werken blijkt wel gelegenheid te zijn voor recreatief medegebruik: vissen, zwemmen, plankzeilen en varen. Er zijn drie alternatieven uitgewerkt, waarvan de voor- en nadelen worden besproken. Alternatief B dat een voormalig schorgebied en speciedepot omvat, een deel van het Spuikanaal en een deel van het gebied tussen het Spuikanaal en de Schelde/Rijnverbinding, maakt de meeste kans. De bewaking van de Nederlandse duinkust De zeewering van Nederland bestaat voor een groot deel uit strand en duinen. Door stormaf- slag kan deze verdediging plaatselijk worden aangetast. Vanaf 1840 worden daarom de duin en strandprofielen regelmatig opgemeten. Waar structurele erosie werd opgemerkt werden strandhoofden aangelegd en duinen beplant. In 1962 is een nieuwe instructie voor Kustme- tingen van kracht geworden. De opnamen worden tegenwoordig meestal verkregen door middel van luchtfotografie, en zoveel mogelijk automatisch verwerkt. De levensgemeenschappen van harde substra ten in Oosterschelde en Grevelingenmeer Op hout, veen en keien - dijkglooiingen dus meestal - groeien in de zoute milieus van Oosterschelde en Grevelingenmeer bijzonder gevarieerde samenlevingen van planten en dieren. De basis ervan wordt gevormd door een serie wieren, die laagsgewijs gezoneerd voorkomen, in de Oosterschelde tot N.A.P. - 7, in het Grevelingemeer tot -10 m. Lager gaan de gemeenschappen van dieren overheersen: kreeften, krabben, sponzen, zeeanemonen, zeepokken, poliepen, maar ook vissen. Mossels en kokkels vormen het merendeel van de biomassa; maar ook oesters komen voor, sinds kort ook weer massaal in het Grevelingenmeer. Sommige variëteiten verdwijnen een paar jaar vrijwel geheel, en komen dan weer en masse terug. Biologisch geschoolde duikers zijn tegenwoor dig onmisbaar voor onderzoeksinstituten op dit gebied. Gebruik van een helikopter bij de waterkwaliteitsmeting in het kustwater Voor het waterkwaliteitsbeheer is regelmatige bemonstering nodig van grote wateroppervlak ten in het Deltagebied en de aangrenzende Noordzee. Met behulp van een helikopter is het mogelijk het onderzoeksgebied van 40 bij 80 km in 66 punten te bemonsteren gedurende een rondvlucht die totaal zes uur duurt. Anders dan meetschepen kan de helikopter dit werk blijven voortzetten tot windkracht 10. Men maakt gebruik van van te voren gereedgemaakte bemonsteringseen heden (Automatic Water Samplers). Tussenlandingen op Noord-Beveland maken het mogelijk dat de monsters direct worden overgebracht naar het laboratorium in Middel burg. In het bijzonder monsters waarin de primaire produktie gemeten moet worden, dienen namelijk erg vers te zijn. De beveiliging van Noord-Holland tegen stormvloeden Van de 65 km primaire zeerwering die ingevolge de Deltawet in Noord-Holland moet worden verhoogd, is thans 45 km gereed. De nog te versterken gedeelten liggen vooral tussen Wieringen en Den Helder, in Den Helder en in Anna Paulowna. Ook bij het sluizenfront van IJmuiden moet de aanpassing nog plaatsvinden. Bij Den Helder moest de aansluiting van de zeedijk op de duinrij twee keer worden aange past, de tweede keer omdat men inmiddels een veel hogere golfoploop berekend had. Het laatste gedeelte van de Helderse Zeewering kon alleen zeewaarts worden versterkt. Er moesten nogal wat Rijks- en gemeente-eigendommen voor worden afgebroken. Bij deze versterking is als proef gebruik gemaakt van zinkstukken die gedeeltelijk waren opgebouwd uit oude autobanden. 566

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1982 | | pagina 52