Texel In oktober 1981 is de dijkverhoging op Texel geheel en al gereedgekomen. We geven in verband daarmee een terugblik over de laatste 6 a 7 jaar. De verhoging en verzwaring van de zeedijken zou op zich een eenvoudig werk zijn, wanneer er maar rigoreus enkele rechte lijnen op de kaart konden worden gezet, met ruime aanslui tende bochten daartussen, die dan de nieuwe dijktracés voorstelden. Maar gelukkig wordt die methode niet gehanteerd. De oude kronkelige dijken liggen op veel plaatsen naast mooie karakteristieke stukjes natuurgebied: een wiel, ten gevolge van een vroegere dijkdoorbraak aan de binnenkant, of een schor of een droog vallend stuk wad aan de buitenkant. Het standpunt bij de vaststelling van nieuwe tracés voor de versterkte dijken is consequent geweest: spaar de aanliggende natuurgebieden zoveel mogelijk, en maak er liever een bij, dan dat er een verloren gaat. Er is ook een inspraakronde geweest bij de tracé-bepaling. In februari 1976 konden op grond daarvan degelijke afspraken worden gemaakt, en werd de basis gelegd voor een jarenlange goede samenwerking met de verschillende milieu-organisaties. De landschappelijke waarde van het gebied kon op deze manier worden gehandhaafd. Nu is het niet zo, dat het nieuwe tracé overal de oude dijk volgt. Soms laat de nieuwe dijk het oude land los, om over het wad door te lopen en een nieuw poldertje te vormen, terwijl op enkele punten ook het omgekeerde gebeurt: de hoofdwaterkering gaat het polderland in en vormt een nieuw buitendijks natuurgebied. We noemen nu enige kenmerkende punten van de dijkvakken op Texel die zijn verhoogd. De nieuwe dijk tussen Ceres en Oudeschild werd ter hoogte van dat dorp zeewaarts verlegd. De bestaande zeewering was namelijk sterk waterdoorlatend, wegens schelpenlagen die onder de dijk liggen; het water in de welputten in Oudeschild ging met het getij mee op en neer. Bovendien moest het dorp tijdens het werk bereikbaar blijven. Verder werd gevreesd dat er schade zou kunnen ontstaan aan de bestaande bebouwing wanneer er zand werd gespoten direct tegen de oude zeedijk. Verhoging van de dijk die vlak voor de huizen langs liep zou de leefbaarheid in het dorp tenslotte sterk hebben doen achteruitgaan. De verlegging van de zeedijk heeft het uiterlijk van de straat en de bebouwing in gunstige zin beïnvloed. Er werden parkeerhavens aangelegd en bomen aangeplant en plantsoenen, wat weer tot gevolg had dat de bewoners op eigen initiatief hun gevels gingen opknappen. Iets ten noorden van Oudeschild kon het bestaande natuurgebied 'Dijkmanshuizen', gelegen rond vroegere dijkdoorbraken, met 2,5 ha worden uitgebreid. De oude kronkelige dijk werd vergraven, en het materiaal werd zoveel mogelijk verwerkt in de nieuwe dijk. Het terrein werd ruw achtergelaten, zodat de natuur er haar eigen gang kan gaan. Het milieu, dat door kwelwater voorheen nogal zout was, zal nu langzamerhand van brak naar zoet gaan veranderen, omdat de nieuwe dijk minder water doorlaat. Even voor de buurtschap Nieuweschild heeft het tracé van de nieuwe dijk een paar ruime, vloeiende bochten gekregen. Eerst loopt de dijk als groene dijk door het polderlandschap, om dan over te steken naar het buitendijkse wad. Vóór de binnendijks gelegen Deltakering kon daardoor een belangrijk natuurgebied worden gehandhaafd, en zelfs uitgebreid tot 20 ha. De aanwezige karakteristieke bochtige zeedijk blijft eerste kering en is met zijn zetwerk van 'noren' een soort museumdijk, die het bezichtigen meer dan waard is. De paar honderd meter oude zeedijk, die vlak bij Nieuweschild nu ietwat verloren in het land ligt, zou te zijner tijd beter afgegraven kunnen worden. De meningen hierover zijn echter ver deeld. Verder loopt de nieuwe zeedijk over de beide kapen, de Oostkaap en de Krassekeet. Deze kapen zijn buiten de hoofdwaterkering gebleven. Ze steken op een hoogte van N.A.P. 3 m in zee, en vormen een groene recreatieberm, die de bezoekers dicht bij zee brengt en onmiddellijk in betrekking met het wad, meer dan op de buitenberm van asfaltbeton langs de hoofd waterkering mogelijk zou zijn. Het door de nieuwe dijk afgesneden wadgebied wordt door Natuurmonumenten eveneens als een natuurgebied ingericht. De oude zeedijk heeft hier verder geen waterkerende functie meer. De kaarsrechte dijk van de honderd jaar oude polder 'het Noorden' kon uitstekend dienst doen als geleiding van de nieuwe dijk. Met enige moeite en kosten lukte het het binnenfront van de oude uitwateringssluis als monument te handhaven, onder in de berm naast de werkweg. Grote hoeveelheden specie uit gecutterde cunetten voor grondverbetering onder de teen van de nieuwe dijk zijn gebruikt om het aan de noordkant gelegen gebied De Schorren enigszins uit te breiden: ook hier terreinwinst voor de natuur. Ten slotte de nieuwe dijk langs de polder De Eendracht. 507

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1982 | | pagina 45