DREMPEL
FUNDERINGSBED
M MOMENT T.G.V. DE GOLF-EN VERVAL-
BELASTING
V VERTICALE BELASTING (EIGEN GEWICHT)
H HORIZONTALE BELASTING (T.G.V. GOLF
VERVAL)
W - REACTIEKRACHT T.G.V. WRIJVING TUSSEN
PIJLER EN FUNDERINGSBED
Fig. 7. Schematische voorstel
ling van de krachten op de
pijler.
Fig. 8. De proefopstelling te
Scheiphoek.
Verder zijn er deformatierekenmodellen
gebruikt, waarvan de belangrijkste het eindige-
elementenprogramma CONSOL is. De invoer-
parameters voor dit programma komen direct
uit het terreinonderzoek in de as van de kering
en uit laboratorium-onderzoek op bodemmon
sters, voornamelijk triaxiaal-proeven. De
betrouwbaarheid van de centrifugeproeven
hangt voor een belangrijk deel af van de
nauwgezetheid van de zandbedpreparatie en
van de verdere modellering. Verstoringen
kunnen vanwege de kleine schaal een grote
invloed op het eindresultaat hebben. De
modellering van dunne lagen, zoals in de
filterconstructie onder de pijler, is niet goed
mogelijk in de centrifuge. Er is daarom een
vergelijkend onderzoek uitgevoerd dat bestaat
uit enerzijds een toetsing van de centrifugevoor
spelling aan de schaalproef 1:10 te Kats, dus
bij gelijk spanningsniveau, en anderzijds uit een
vergelijking van de voorspellingen voor de
deformaties in werkelijkheid die uit het centri-
fugeonderzoek voortkwamen, met de vertaalde
Katsproeven en het rekenmodel CONSOL
(fig. 6).
Nu blijkt dat de horizontale verplaatsingen
volgens de centrifuge een factor 1,5 a 2,0
groter zijn dan volgens de proeven te Kats. De
conclusie moet zijn dat de centrifuge deze
verplaatsingen overschat.
Voor zowel de vertaalde Katsproeven als het
rekenmodel CONSOL is daarbij, gelet op
onzekerheden in de vertaalfactoren en de
schematisering, een band aangegeven waarbin
nen de verwachte deformaties zullen vallen. Uit
figuur 7 wordt duidelijk met welke maximale
deformaties bij een stormbelasting van 15 000
ton voor het pijlerontwerp rekening is gehou-
374
