Partiële dijkversterking bij de bebouwde kom van Yerseke In 1974 heeft de regering besloten de Ooster- schelde niet in 1978 volledig af te sluiten, maar een afsluitbare stormvloedkering te bouwen die pas in 1985 de nodige veiligheid kan bieden. Als uitvloeisel van deze beslissing is in dat jaar te vens besloten de dijken rond de Oosterschelde bestand te maken tegen een storm met een overschrijdingsfrequentie van 1/500 keer per jaar. Deze zogenaamde 'partiële dijkversterking' hield in dat de dijken over een lengte van ruim 140 km moesten worden versterkt. Om nog vol doende lang plezier van deze versterking te heb ben, dienden de werken in 1980 klaar te zijn. Bij voorbaat stond vast dat er vele problemen zouden zijn op te lossen, met name op plaatsen waar in of nabij de dijk bebouwing staat, zoals te Yerseke, Colijnsplaat en Bruinisse, of waar landbouwkundige belangen botsen met natuur- en milieubelangen; deze laatste tegenstelling komt overal voor waar gekozen moet worden voor versterking aan de binnen-dan wel de bui tenzijde van de bestaande dijk. Deze problemen doen zich voor ondanks het feit dat de dijkversterking beperkt blijft of, zoals men het in dit verband noemt, 'partieel'. Ver sterking tot de Deltanorm van 1/4000 keer per jaar zou deze problemen nog aanmerkelijk ver groot hebben. Van de bebouwde kommen is Yerseke wel bij zonder moeilijk. Dit artikel geeft een beschrij ving van de problemen en de oplossingen die in de gegeven situatie gevonden zijn. In Yerseke zijn langs een deel van de bebouwde kom aan de buitenzijde van de dijk mossel- en oesterbedrijven gevestigd. Het was ondenk baar, dat omwille van de dijkversterking ofwel op grote schaal woonbebouwing zou moeten worden afgebroken, ofwel bedrijven aan de zee zijde van de dijk worden geliquideerd. Toch 416 moest de dijk worden verzwaard. De gemeente Reimerswaal, waartoe Yerseke behoort, wenste de ingreep voor de dijkverster kingen tegelijk te gebruiken om de bedrijfssitu atie aanzienlijk te verbeteren. In 1977 werd een overleggroep gevormd tussei de gemeente, het Waterschap en het Bureau Dijkversterking Oosterschelde. Na grondmecha nisch en waterloopkundig onderzoek zijn vele plannen ontwikkeld met hulp van een speciale technische adviesgroep, waarin ook de Provin ciale Waterstaat zitting had. Na veel studie en overleg werd uiteindelijk in fe bruari 1978, na afweging van technische, eco nomische en planologische factoren, een dijk versterkingsplan aan de Stuurgroep gepresen teerd dat de basis vormt voor de nu gekozen of - lossing. Hierbij werd het dijkgedeelte langs Yerseke vai - af de Yersekedam tot het begin van de Olzen- polder in 4 vakken verdeeld: vak A loopt van df Yersekedam tot de Vissershaven; vak B gaat van de Vissershaven tot en met de Jachthaven vak C loopt langs de Oesterbinnenputten bij de Julianastraat en vak D is het gedeelte langs de Molenpolder. Na vele besprekingen met tal van belangheb benden en na vele detailaanpassingen van het plan werd uiteindelijk in het najaar van 1978 tu sen de gemeente Reimerswaal, het Waterscha Zuid-Beveland en het Rijk overeenstemming b reikt over de definitieve opzet. Hierbij komen zowel het tot de verantwoorde lijkheid van het waterschap horende dijkverster kingselement als de door de gemeente gewen ste verbetering van de bedrijfsinfrastructuur tc t hun recht. We geven nu een nadere beschrijving van de dijkversterking in de vier vakken.

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1979 | | pagina 34