ui een maximum- en minimum-dichtheids- be oaling met het doel de samenstelling van he zand te karakteriseren, triaxiaalproeven or het spannings-rekgedrag vast te leggen er directe schuifproeven om meer specifiek he grondgedrag aan de wanden van de put te bestuderen. De proefresultaten hebben w. ardevolle informatie gegeven omtrent de ge stelde vragen, zoals de grootte van de gL ïstige invloed van de verdichting onder en m ast de put. Ook is gebleken welke bereke- ni gsmethoden de proefresultaten het meest bt ïaderen. Te behoeve van het laatste ontwerp, de pi er uit één stuk, is in november 1977 een modelproef gedaan, schaal 1 10, waarbij niet alleen de pijler werd ingebouwd, maar tevens de schuiven aan weerszijden. De pijler werd op een fundatiebed geplaatst, dat was afge dekt door een stroombestendige mat, waarop een losgepakt zandlaagje van enkele centi meters dikte. Dit laatste om de mogelijk optredende opzanding tijdens de uitvoering weer te geven. Op het geheel van pijler, schuiven, drempel en fundatiebed werden nagebootste stormen losgelaten. De verval- kracht werd ingebracht door het waterstands verschil in het model, en de cyclische golf- belastingen door vijzelkrachten op de pijler. 149

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1978 | | pagina 39