sterschelde en voor de bevolking rondom
zeearm') vrijmoedig te benaderen, moeten
ongeveer elf jaar terug in de tijd.
28 april 1967 belegt het Zeeuwsch Genoot-
rap der Wetenschappen in de Concertzaal
Zierikzee een congres onder het motto
e Oosterschelde in de Delta'. Vierhonderd
zoekers trekt die bijeenkomst, ledereen
at er met zijn eigen opvattingen heen en
ert daarin gesterkt, bij anderen teleur-
steld of verhard terug. Deskundigen op het
bied van waterbouw, ruimtelijke ontwik-
ling, waterhuishouding, landbouw,
i onomische analyse, watersport, natuur- en
dschapsbescherming, recreatie en visserij
k men er aan het woord en gaan er met
e ;aar in debat. De organisator van het
c ngres (het Zeeuwsch Genootschap) gaat uit
v i het feitelijk gegeven, dat de Coster
s' nelde moet worden afgesloten. Hoewel er
a hteraf hier en daar vernietigende commen-
t. en losbreken over het verloop van de
b aenkomst, is er in de Concertzaal van
Z ;rikzee toch sprake van een nuttige
u wisseling van gegevens uit onderzoek en
e aring en van tegengestelde opvattingen.
V oral van de kant van de rijkswaterstaat
si It men er prijs op in dit sterk gemengde
g zeischap duidelijk te maken, dat in de
rr nding van de Oosterschelde niet 'een
li itvaardig stuk waterbouw' wordt bedreven.
N g niet eerder was met zoveel nadruk
u gestald en gemotiveerd dat ook de
ri swaterstaat zich bewust is van de gewel-
d e ingreep die hier met een negen
k meter lange afsluitdam zal worden gedaan
ir sen bestaande evenwichtstoestand; dat er
(r ;t anderen) moet worden gezocht naar het
b ïte antwoord op deze uitdaging. Op het
Z rikzeese congres staat tegenover de
0 rtuigingskracht van de onvermijdelijkheid,
w arin de afsluiting van de Oosterschelde
w rdt geplaatst een stuk emotie aan de kant
v i de 'openhouders'. En die zal eigenlijk
p veel later in actie worden omgezet.
T >erend is bijvoorbeeld de benadering van
ir and als prof. ir. P. Korringa, de inter-
n onaal bekende visserijbioloog, die later
a onafhankelijk deskundige in de Com-
rr sie-Klaasesz een hoofdrol zal gaan spelen.
1 lierikzee zegt hij: 'Je kunt praten wat je
dicht gaat de Oosterschelde toch'. Voor
;ven overtuigde tegenstanders van die
c achtengang blijft er niet veel anders over
d een dikke streep te zetten onder 'de
ntwoordelijkheid, die de uitvoerders van
ieltabeleid op zich nemen'. Het
z Ikzeese congres levert aan het slot een
i: aak op die in de Oosterscheldekwestie
een gevleugeld woord zal worden en die zal
terugkeren in het rapport dat de Commissie-
Klaasesz in februari 1974 uitbrengt. Deze:
'Velen aan wie dit prachtig in vele opzichten
uniek natuurgebied lief is, zullen zich nog
eens willen laten horen; hun mond is immers
nog moeilijker te sluiten dan die van de
Oosterschelde zelf'.
April 1967: begin aanleg eerste werkhaven
voor de Oosterschelde-afsluiting bij Schelp-
hoek (Schouwen-Duiveland).
Is het Oosterscheldecongres van 28 april
1967 het begin geweest van gerichte actie
tegen juist dat 'onvermijdelijke' van een
potdichte dam in de monding van de
Oosterschelde? Het lijkt er sterk op. Vooral
in Zeeuwse visserijkringen probeert men
nadien de rijen te sluiten om er stevig
tegenaan te gaan. Voorop de oud-gedepu
teerde van Zeeland en militante voorzitter van
Zevibel (de organisatie van Zeeuwse Visserij-
belangen) A. L. S. Lockefeer. Twee jaar
eerder was onderhuids wat rumoer ontstaan
over de vraag of afsluiting van de Ooster
schelde nu eigenlijk echt wel nodig was. En
steeds opnieuw wordt sindsdien aange
drongen op nader onderzoek als gevolg van
'nieuwe ontwikkelingen'. Minister Suurhoff
van verkeer en waterstaat probeert die
discussie op een goed moment af te kappen,
als hij in de eerste kamer vaststelt dat 'er
weliswaar nieuwe ontwikkelingen zijn te
signaleren die nader onderzoek vergen, maar
dat deze ontwikkelingen op dit moment geen
ander besluit noodzakelijk maken dan de
afsluiting van de Oosterschelde'. Toch voegt
Suurhoff aan zijn opmerkingen iets toe dat
later (misschien onbewust) als een politieke
opening in de hele kwestie is beschouwd.
Hij zegt nog dit: 'De regering zal afsluiting
zeker niet doorzetten als zou blijken dat
daardoor niet te verhelpen schade zou
ontstaan'.
1969
Januari 1969: koninklijk besluit, waarin het
tracé voor de dam door de Oosterschelde
(met drie sluitgaten) wordt vastgesteld.
127