ZACHT
WARM MILP MATIG
ZEER STRENG (EXTREEM)
OVERSCHRIJDINGSFREQUENTIE,
IJSKARAKTERGETAL SgH,5)
TE VLISSINGEN
DRIJFIJS (IN DE STROOM)
LICHT IJS 2 cm (GESCHAT) (WEINIG HINDER)
MINDER ZWAAR IJS 2-5cm (VEELHINDER)
I I ZWAAR IJS 6 cm (SCHEEPVAART ZEER MOEILIJK)
SCHEEPVAART MOGELIJK VOOR KRACHTIGE SCHEPEN
(MEESTAL ALLEEN BIJ VLOED OF GESLOTEN
schoon geveegde platen kan steeds opnieuw
ijs worden gevormd. In het bijzonder de
oostelijke kom van de Oosterschelde is zeer
ondiep, zodat hier spoedig vast ijs ontstaat.
In de monding van de Oosterschelde doet
zich de invloed gelden van het water van de
Noordzee, dat een hoger zoutgehalte in de
wintermaanden en een hogere temperatuur
heeft dan het water meer landinwaarts.
Tengevolge van de uitwisseling van het
water van de Noordzee en dat van de
Oosterschelde vormt zich hier vrijwel nooit
ijs. Een winter waarin dit wel gebeurt moet
al bijzonder streng zijn. Het door stroom en
wind aangevoerde ijs zal er normaliter in
een ijsbrij veranderen en smelten.
Na de afsluiting van het Volkerak is het ijs
op de Oosterschelde nog slechts van
plaatselijke herkomst, met als gevolg dat de
Fig. 4. Verwachte gemiddelde
ijstoestanden op de Zeeuwse
wateren (Oosterschelde open)
als functie van de ijsgroeipara-
meter; op basis van ijswaar-
nemingen in het verleden
400