Ecologisch modelonderzoek bij de Deltawerken In de twee vorige Berichten werden algemene beschouwingen gegeven over aquatische ecosystemen en over aquatisch milieubeheer. Thans wordt nader besproken langs welke wegen men tot een verantwoorde beleids- uitstippeling terzake van dit milieubeheer kan komen. Voor een verstandig beheer van een water is het gewenst zich een zo goed mogelijk in zicht te verschaffen in de complexe werking van een dergelijk systeem, zowel in zijn geheel als in onderdelen, alsmede in zijn relatie tot de omgeving, met name het om ringende land. Hiertoe moeten de belang rijkste processen die zich in een aquatisch ecosysteem ontwikkelen, zo goed mogelijk worden geanalyseerd en althans enigermate voor berekening toegankelijk worden ge maakt. Men bedient zich hiervoor van model len. Deze kunnen op verschillende wijze steun verlenen aan het onderzoek. Zo kan een model een belangrijke instructieve rol ver vullen bij de communicatie tussen deskun digen en belanghebbende leken. Een model kan voorts een belangrijk middel zijn om de samenhang tussen verschillende deelproces sen en deelsystemen te verduidelijken; het kan dan als leidraad worden gebruikt voor de organisatie van verder onderzoek. Men kan zich met behulp van een model ook een beter inzicht verschaffen in de overheersende factoren binnen een systeem en de gevoelig heid van het systeem voor veranderingen in deze factoren, en het gebruiken om te be palen wat de meest geschikte maatregelen zijn ten behoeve van een verstandig beheer. Vooral wanneer het gaat om zo ingewikkelde multidisciplinaire aangelegenheden als het beheer van een ecosysteem, zijn dergelijke modellen dus eigenlijk onmisbaar. Tenslotte kan een model in geperfectioneerde vorm een middel worden om verdere ontwikke lingen, veroorzaakt door bepaalde ingrepen, te voorspellen. Het streven van het ecologisch onderzoek dient er reeds nu op te zijn gericht uiteindelijk over deze laatste soort modellen te kunnen beschikken, zodat een doelgerichter beheer der systemen mogelijk wordt. Helaas zijn we echter nog lang niet zover. De modellen die we thans kunnen maken, zijn nog vrij primitief. Meer dan de eerste twee der bovengenoemde doelstellingen kunnen er nog niet mee worden bereikt. De bouw van deze modellen dient echter met kracht te worden voortgezet, teneinde enerzijds het karakter, de reikwijdte en daarmede het be lang van het ecologisch onderzoek in zijn globale samenhangen aan de betrokken beheerders duidelijker te maken, anderzijds om tot een zo efficiënt mogelijke organisatie van het verdere wetenschappelijke onderzoek te komen. Ook bij deze geschematiseerde modellen mogen we nog niet dadelijk denken aan een model waarin alle processen tezamen zijn ondergebracht, en waarin bijvoorbeeld zowel de energiestromen als de voedselketens en de voedselkringlopen zijn opgenomen. Het ecologische modelonderzoek is nog lang niet ver genoeg gevorderd voor dergelijke vol ledige, zeer complexe modellen. Uiteindelijk moet het wei onze doelstelling zijn zover te komen. Maar in de naaste toe komst zal dit doel zeker nog niet worden be reikt; er ligt hier nog een zeer lange weg voor ons. Het onderzoek zal zich daarom voorshands moeten beperken tot deel- modellen, waarin die aspecten worden onder zocht die voor het beheer van het ecosysteem het meest urgent worden geacht. Zo kan men trachten een deelmodel op te stellen waarin de invloed van de fosfaatbelasting op de algengroei wordt onderzocht. Het onderzoek zou daarbij uit verdere praktische overwe gingen tevens georiënteerd moeten worden 6

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1975 | | pagina 8