Voor het verrichten van peilwerkzaamheden
in en nabij sluitgaten in het Deltagebied werd Qq 'WÜksr Rib'
in 1969 het peilvaartuig 'Krabbe' in dienst
genomen. Men vindt dit schip beschreven in
Bericht 49 (augustus 1969). Inmiddels is, op
basis van de met de 'Krabbe' opgedane er
varingen, een nieuw meetschip in de vaart
gebracht, dat thans, nog beter dan de
'Krabbe', echoloodpeilingen uitvoert en
registreert. Dat is de 'Wijker Rib'.
Het meet- en peilvaartuig 'Krabbe', met zijn
40 langszij gemonteerde synchroon werkende
echoloden, heeft vooral tijdens de sluitings
fase van het Volkerak, het Haringvliet en het
Brouwershavense Gat goede diensten be
wezen. Toch bleken er wat betreft talud
hellingen, dieptebereik en de verwerking van
de gegevens problemen te bestaan die on
voldoende konden worden opgelost. Al
tijdens de sluiting van het Brouwershavense
Gat werd er dan ook meetapparatuur aan de
'Krabbe' toegevoegd, met name een serie van
vier op bepaalde afstanden naast elkaar
geplaatste echoloden, die aldus zorgden
voor de nodige aanvullende informatie.
Maar tenslotte resulteerde de ervaring die
men met de 'Krabbe' opdeed, in het ontwerp
van een ander type meetschip. Men is met
name teruggekeerd naar montage van de
echoloden in uitklapbare meetarmen dwars
op de vaarrichting.
De 'Wijker Rib' - 54 m lang, 9 m breed, diep
gang 3 m - is destijds gebouwd als onder-
losser ten behoeve van de verlenging van de
havenmonden te IJmuiden. Daarna heeft het
schip dienst gedaan bij de uitbreiding van de
Scheveningse haven en bij de uitbreiding van
de Noorder- en Zuider Pier bij Hoek van
Holland. Bij de verbouwing tot opneemvaar-
tuig werden onder meer aan beide zijden van
het casco 25 m lange uitklapbare meetarmen
aangebracht. De armen wegen elk 6000 kg; in
uitgeklapte stand rusten ze met hun uiteinden
op drijvers. Ze worden tijdens het varen
op hun plaats gehouden door middel van naar
voren en naar achteren aangebrachte staal
draden. Ze scharnieren aan de voorzijde
direct achter het verhoogde voordek. Om de
De 'Wijker Rib' in bedrijf
Registratie van de dieptelijn-
schrijver
20