Kustversterking op Voorne
A. De werken van het Deltaplan
De hoogwaterkering langs de Noordzee wordt
op Voorne gevormd door een duingebied van
wisselende breedte en hoogte, dat in hoofd
zaak het resultaat is van het spel van
golven, wind en zeestormen. Bij de zee-
werende duinen treedt een bepaalde periodi
citeit op in de voor- en achteruitgang van de
kustlijn. Dit dynamisch evenwicht wordt ver
stoord als er in een of meer van de bepalende
factoren een grote wijziging komt. Zulk een
wijziging is voor Voorne in het bijzonder de
afsluiting van het Haringvliet. Bovendien
speelt op Voorne eveneens een belangrijke
rol de uitbouw in de Noordzee van de Euro-
poortwerken; de Maasvlakte steekt bijvoor
beeld ver voorbij Voornes noordwestkust in
zee. Een nader onderzoek heeft uitgewezen,
dat het duingebied van Voorne onvoldoende
weerstand zal kunnen bieden aan een super-
storm zoals die waarvan bij de opstelling van
het Deltaplan is uitgegaan, met een kans van
voorkomen van 1% per eeuw. Er moeten dus
maatregelen worden genomen om de hoog
waterkering te versterken.
Het ligt in de bedoeling om de noodzakelijke
kustversterking op Voorne uit te voeren in
een vorm die bij de plaatselijke, natuurlijke
omstandigheden van zandige kusten past.
In het Bericht 43 (februari 1968) is reeds naar
voren gebracht, dat de getijstromen in de
zee-armen en langs de kust van het Delta
gebied tengevolge van de aanleg van de
afsluitdammen wijzigingen zullen ondergaan.
Door aanpassing van de zeebodem en van de
kustlijn zal op den duur een nieuw dynamisch
evenwicht kunnen worden bereikt.
Het proces van aanpassing van de zeebodem
en van de kustlijn verloopt in het algemeen
heel langzaam. Bij veel zandaanvoer vanuit
zee is er aanwas en gaat de kustlijn vooruit.
Spoelt er onder invloed van stroming en golf
slag veel zand weg, dan gaat de kustlijn
achteruit. Ter plaatse van de noordwestelijke
hoek van Voorne, de Groene Punt, wijzigt de
situatie zich thans snel. De kustlijn verplaatst
zich hier 10 m per jaar landwaarts. Symp
tomen van achteruitgang van de kust deden
zich overigens reeds lang gevoelen, voordat
het Haringvliet werd afgesloten van de
Noordzee.
Bij de duingordel langs de Noordzee in
Noord- en Zuid-Holland zijn veelal verschil
lende achter elkaar liggende duinregels te
onderscheiden, onderbroken en van elkaar
gescheiden door duinvalleien. Langs het
strand ligt, evenwijdig aan de kustlijn, een
niet-onderbroken duinregel, die mede door
menselijk ingrijpen is tot stand gekomen.
Deze zeereep, waarvan in de eerste plaats
verwacht wordt dat hij de stormvloed zal
weerstaan, sluit het binnenduingebied van de
zee af. Op Voorne zijn de zeewerende duinen
langs de noordwestkust tamelijk breed. Er
liggen twee en soms wel drie duinregels
achter elkaar. De binnenste duinregel is de
oudste; hij vormt de eigenlijke hoogwater
kering. De andere duinregels zijn na 1910 op
de strandvlakte ontstaan. In de duinvallei
buiten de hoogwaterkerende binnenste duin
regel ligt het 'Breede Water', een duinmeer.
Tot voor kort had deze duinvallei bij de
Groene Punt verbinding met het strand, zodat
hij bij hoge stormvloeden inliep. Langs de
zuidwestkust van Voorne is het duingebied
smal en is er slechts één duinregel aanwezig.
Landwaarts van deze zeereep ligt nabij het
aansluitpunt van de Haringvlietdam het duin-
meer 'Quackjeswater'. De duinkust van
11