X
DIJKAS
het bovenste gedeelte van de onderwater
oever. De kortste afstand tussen de laag-
waterlijn en de hoogwaterkering bedraagt
daar thans ongeveer 150 m.
Even ten oosten van dit oeverwerk zou vol
gens het Deltaplan de Oosterscheldedam
aansluiten op de oever van Noord-Beveland.
Een aantal onderzeese werken is, ter voor
bereiding van de aanleg van de dam, in
deze omgeving inmiddels al uitgevoerd. In de
sluitgaten zijn bodembeschermingen aange
bracht, en de pylonen voor de ophanging van
een serie kabelbanen zijn ingeheid. Langs de
noordkust van Noord-Beveland is ten behoeve
of als gevolg van de Deltawerken een drietal
havens aangelegd. Allereerst werd, in 1961 al,
een nieuwe vissershaven in gebruik genomen,
gelegen naast de gemeentehaven van
Colijnsplaat. In 1968 en 1969 werd de werk-
haven 'Sophiapolder' voor de Deltadienst aan
gelegd. In samenhang met dat werk werd
toen tevens in oostelijke richting een duin-
regel opgespoten ter versterking van de
summiere zandrug die tegen de zeedijk van
de Mariapolder en van de Torenpolder lag.
Ten slotte werd, in 1971 en 1972, de dam-
aanzet gerealiseerd aan de noordzijde van de
Onrust- en Jacobapolder; aan de binnenzijde
daarvan werd opnieuw een werkhaven
gemaakt. De twee eerstgenoemde havens
hebben naar het zich laat aanzien tot heden
geen invloed van betekenis gehad op de
gedragingen van de Noordbevelandse oevers.
De havendammen en -plateaus hebben plaat
selijk wel een extra veiligheid gegeven aan de
hoogwaterkeringen. Evenzo functioneerden
de damaanzet en de werkhaven aan de
Jacobapolder als extra bescherming van de
dijken der achterliggende polders; als voor-
Fig. 2. Dwarsprofiel van de
grindbestortingen langs de
Noordbevelandse oever
s> X
j - vi
534