Stuifduintje met Helm. Ook de
lage Zeekraalplanten op de
voorgrond kunnen zand in
vangen, en zo duinvorming
stimuleren.
Fig. 11. Kreekdichtheid per ha
in verschillende gebieden van
het voormalig schor op de
Slikken van Flakkee
NOORDELIJK DEEL
ZUIDELIJK DEEL
Ook vogels kunnen meewerken aan de ont
wikkeling van struwelen, vooral door ver
spreiding van Meidoorn, Duindoorn, Liguster,
Gelderse roos, Bramen- en Rozensoorten.
De zuidelijke schorren van de Slikken van
Flakkee zijn grotendeels beweid. Als gevolg
hiervan zullen enerzijds enkele zoutminnende
soorten als Zilte rus of Kweldergras en in
lagere delen bij voorbeeld Zeekraal zich
relatief lang kunnen handhaven; Zeeaster,
Strandzoutgras en Gewone zoutmelde zullen
wellicht spoedig verdwijnen, omdat ze be
weiding slecht verdragen. Het landschap zal
onder voortgezette beweiding een laag, open
en kruidachtig karakter behouden. Houtige
gewassen als bij voorbeeld Meidoorn zullen
er voorlopig slechts in beperkte mate kunnen
opslaan.
Nogmaals zij het speculatieve karakter van
een dergelijke prognose onderstreept, omdat
gegevens omtrent vergelijkbare ontwikke
lingen niet in voldoende mate voorhanden
zijn.
Na de afsluiting viel de periodieke over
spoeling weg en daarmee ook de domine
rende factor zout. Doordat nu processen als
aëratie, ontzilting, bodemrijping, mineralisatie
en verstuiving op gang kwam en op de
abiotische factoren (textuur, structuur, hoogte
ligging, expositie, voedselrijkdom) inwerkten,
kon in de buitendijkse gebieden een grote
variatie aan milieutypen ontstaan. Deze
differentiatie neemt nog toe.
Hierdoor zijn de voorwaarden geschapen voor
een grote variatie in oeco-typen. Vanuit de
diverse pioniergemeenschappen zal vrij
spoedig de successie naar meer stabiele
levensgemeenschappen inzetten. De grootte
513