HOEK van HOLLAND
OVERSCHR'JDfNGS FREOUENT IE
NATUURWAARNEMINGEN 1911-1960
-XX NATUURWAARNEMINGEN SINDS AFSLUITING HARINGVLIET
BOVENRiJNAFVOER
OVERSCHRIJDINGSKANS
7
/x
A
X
c
f
DAGEN PER JAAR
i g. 3. Frequentieverdelingen
v rn de H.W.-standen te Hoek
rn Holland en de Bovenrijn-
voer te Lobith
ig. 2. H.W.- en L.W.-standen
I ij gemiddeld getij in zee als
mctie van de Bovenrijn-afvoer
i g. 4. Frequentieverdelingen
v m de H.W.-standen te Spijke-
i sse en Moerdijk
één, zodat de metingen direct met de voor
spellingen vergeleken kunnen worden. Voor
de Oude Maas is het nog niet gelukt om een
betrouwbare factor vast te stellen.
Uit het verrichte onderzoek is gebleken dat
ook de stroomsnelheden in het rivierenstelsel
in principe bepaald worden door de bij de be
schrijving van de verticale getijbeweging ge
noemde factoren: getijbeweging in zee, rivier-
afvoer en stand van het Haringvlietbekken.
Deze laatste factor wordt mede bepaald door
beide eerstgenoemde factoren en het spui-
regime van de Haringvlietsluizen.
Getracht is een parameter te ontwikkelen
waarin de genoemde factoren verzameld zijn,
en waaraan relevante stromingsverschijnselen
gecorreleerd kunnen worden. Het onderzoek
heeft tenslotte geresulteerd in de in figuur 6
gedefinieerde vervalparameters.
SP'JKEN I SSE
OVERSCHR'JDING SFREQUENTIE
NATUURWAARNEMINGEN VOOR AFSLUITING HARINGVLIET
VOORSPELLING NA AFSLUITING HARINGVLIET
X—X—X NATUURWAARNEMINGEN NA AFSLUITING HARINGVLIET
x
c
OVERSCHR'JDINGSFREQyENTIE
409