kan de trek namelijk sneller of langzamer ver lopen. Bij een variabele verblijftijd van de trekvogels kunnen de getelde aantallen vari eren. Met de telgegevens worden wel tenden- zen aangeduid van vóór- of achteruitgang, doch de grootte van de voor- of achteruitgang kan er niet nauwkeurig mee worden aange geven. Enkele resultaten van tellingen zijn weergegeven in tabel 1: september '72 oktober '72 januari '73 Fuut 350 770 1.560 Dodaars 70 425 520 Aalscholver 770 530 100 Blauwe Reiger 330 250 120 Wilde Eend 47.750 41.000 40.300 Wintertaling 9.100 11.700 5.500 Smient 12.100 51.600 21.700 Pijlstaart 4.600 10.100 11.000 Slobeend 700 2.500 1.000 Kuifeend 100 370 9.300 Tafeleend 180 5.600 45.500 Brilduiker - 130 1.600 Zwarte Zee-eend 1 120 8.900 Eidereend 260 120 220 Grote Zaagbek 3 1 80 Middelste Zaagbek - 330 920 Bergeend 3.950 6.000 9.400 Grauwe Gans 800 9.300 8.000 Kolgans - 480 11.900 Rietgans 80 6 5.400 Rotgans - 3.200 4.200 Brandgans 2 2 13.800 Knobbelzwaan 640 280 270 Meerkoet 6.400 13.900 22.700 Scholekster 65.100 72.000 75.400 Zilverplevier 4.600 4.200 1.520 Bontbekplevier 2.300 170 27 Strandplevier 980 30 5 Steenloper 1.300 530 1.800 Wulp 17.100 9.200 6.300 Rosse Grutto 5.250 2.650 6.900 Tureluur 9.200 5.300 2.400 Zwarte Ruiter 830 350 32 Groenpootruiter 800 90 4 Kanoetstrand loper 4.800 10.900 18.100 Bonte Strandloper 41.900 54 000 45.500 Drieteenst rand loper 100 32 76 Kluut 1.600 1.160 117 Grote Mantelmeeuw 2.200 2.360 630 Kleine Mantelmeeuw 450 380 54 Zilvermeeuw 8.200 23.000 6.900 Stormmeeuw 4.100 3.900 2.660 Kokmeeuw 15.500 7.500 4.300 Diversen 24.500 22.530 10.290 Totaal 299.000 379.000 407.000 334

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1974 | | pagina 12