J oL Jllll ll Jbi4.li jt Ail V K A V V H V achtige wind van de maanden september en oktober 1971, na de maximale opbloei van blauwalgen. De hoge gehaltes aan orthofosfaat en totaal fosfaat zouden dan moeten worden verklaard uit het opdwarrelen van bodemslib waarin veel fosfaat zat, eventueel ook door een concentratiegradiënt tussen bodem en water, onder meer ten gevolge van de omvangrijke algenbloei. Na aldus een uitvoerige inventarisatie te hebben gegeven van de waterkwaliteit op het Brielse Meer in de periode juli-december 1971, en met name van de fosfaatgehaltes, kunnen we nu overgaan tot beschrijving van de defosfateringsproef, in 1972 uitgevoerd op het bij Spijkenisse ingelaten water. Eind januari van dit jaar is de defosfateringsinstallatie aan de inlaatsluis van het Brielse Meer bij Spijke nisse gereed gekomen. Ze bestaat uit twee roestvrij-stalen opslagtanks met elk een inhoud van 25 000 liter, en een doserings installatie met vijf doseringsplaatsen, verdeeld over de gehele breedte van de sluis. De doseringen kunnen met regelkranen worden aangepast aan de in te laten hoeveelheid water. De toe te voegen chemicaliën worden geleverd door het Rotterdamse Drinkwater- leidingbedrijf, dat dezelfde materialen als coagulans gebruikt bij de bereiding van drink water. De primaire doelstelling van de proef, chemische verwijdering van fosfaten uit rivier water, kan op verschillende manieren worden bereikt, namelijk door de vorming en neerslag van onoplosbare zouten, en door de adsorptie van fosfaten aan colloïdale hydroxyde vlokken die door de toegevoegde chemicaliën in het water worden gevormd. Een andere verwijde ringsmogelijkheid is de vorming van een ijzer-hydroxyde complex waarbij verwisseling van hydroxyde-ionen door fosfaat-ionen plaatsvindt. De mate van complexvorming is sterk afhankelijk van de zuurgraad van het water. Dit eerste deel, de coagulatie-fase, wordt gevolgd door een proces van flocculatie. De aanvankelijk gevormde vlokken groeien bij voldoende verblijftijd onder invloed van de waterbeweging door botsing en aanhechtingen aan tot sedimenteerbare grootte. Optimale flocculatie wordt verkregen door langzaam afnemende turbulentie; de gevormde vlokken vallen dan ook niet meer uiteen. Hoe is de defosfateringsproef in het Brielse Meer nu verlopen? In februari werd nog met de installatie geëxperimenteerd; in maart werd een begin gemaakt met de eigenlijke proef- /v w vV i iNLAATPERiODE Eb Dei V¥ r-v INLAATPERIOOE APRIL 1S72 Fig. 8. Verloop in de bemonste- ringspunten B 1, 2 en BM 4 van het gehalte aan orthofosfaat (a) en totaal-fosfaat (b) als functie van de tijd 30

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1972 | | pagina 32