'X
wel geen gevolgen van betekenis gehad voor
de zoutbestrijding op de Rotterdamse Water
weg. De vermindering van de afvoer via de
stuw te Driel gaat namelijk niet geheel ten
koste van de aanvoer van opperwater naar de
noordrand van het noordelijk deltabekken.
Het 'knijpen' van de stuw te Driel immers
doet niet alleen de afvoer langs de IJssel,
maar ook die langs de Waal toenemen. Overi
gens komt de afvoervermeerdering van de
Waal meer de Oude dan de Nieuwe Maas ten
goede.
Fig. 4. Verbetering van het
zoutgehalte bij de Van Brienen-
oordbrug en de Inlaatsluis
Spijkenisse onder invloed van
de inwerkingstelling der Haring-
vlietsluizen.
Vergelijking met de jaren '50
De door het inwerkingstellen van de Haring-
vlietsluizen op 2 november 1970 ontstane
nieuwe toestand is eveneens vergeleken met
die van de jaren '50. Ofschoon dit onderzoek
(vt br enenoordbrug')
■Mr I'
k_l r
T'JD IN UREN
fsp'jkenisse- inlaatsluis^)
9R
1500 |-J-
LW
Y°
T°
TUD IN UREN «»-
To TOESTAND VÓÓR AFSLUITING VOLKERAK (28-4-1969)
T0 TOESTAND NA INWERKINGSTELLEN Hvlsl. (2-11-1970)
528