Griendhout, riet en biezen
Nauwlettend volgt de Nederlandse gniendteler de vorderingen van de Deltawerken.
Hetzelfde geldt voor de 'nietteIer en de biezen te Ier in het zuidwesten van het land. Vaak,
niet altijd, zijn ze in één persoon verenigd. Dit ligt voor de hand: de bies, die zich op
het kale slik vestigt, bevordert de opsliibbing zodanig, dat het riet op de biesplaat na
enige tijd een geschikte groeiplaats vindt. Het rietgewas op zijn beurt zorgt ervoor, dat
het terrein na verloop van tijd zo hoog komt te liggen, dat griendhout met succes het riet
kan vervangen. Aan de griendcultuer tenslotte is het te danken, dat in de loop der jaren
menige gras- en bouwpolder in de Biesbosch en omgeving kon worden gesticht.
Meer dan ooit moet onze griendteler het thans van de rijswerken hebben. Wat eens bij-
produkten, ja haast afvalprodukten waren, zijn langzamerhand de voornaamste voort
brengselen uit het griendgewas geworden. De prijzen van rijshout, werkpalen en vlecht-
latten bepalen nu de inkomsten uit het griendbedrijf.
Het riet uit onze getijdendelta bereikt een lengte als nergens anders in Nederland. Dit
lange riet ging voorheen hoofdzakelijk naar de talrijke rietmattenmakerijen, niet alleen
hier te lande, maar ook in Duitsland en België. In de bouwplaat, die uit riet wordt
geperst, heeft het geleidelijk aan een moderner toepassing gekregen. Het met de hand
gesneden gewas van de slecht begaanbare rietgorzen dreigt echter als grondstof voor
de industrie te duur te worden; een reden te meer om na te gaan of de huidige techniek
ook voor deze moeilijk toegankelijke, slappe terreinen een rupsvoertuig kan vervaardigen.
Met maaibalk, inrichting om het riet te bundelen, laadvlak en al, zal het door de weke
grond gedragen moeten kunnen worden. Het netwerk van wortelstokken van het riet zal
daarbij volledig gespaard dienen te worden. Hieruit immers moet het riegewas zich elk
jaar opnieuw ontwikkelen. Op de oogst behoort, zo mogelijk alweer mechanisch, het be-
greppelen van het gors te volgen. Dit gebeurt in het belang van een snelle afvoer van het
vloedwater en het opstijven van de vette modder. Het rupsvoertuig zal voor dit doel een
greppelploeg moeten dragen en andermaal luidt de eis, dat de rietzode volkomen intact
blijft. Een niet minder dringende reden om te zoeken naar een oplossing van dit vraagstuk
ligt in het feit, dat lang riet in de waterbouwkunde menigmaal een belangrijke taak kan
vervullen. De kans hierop stijgt, naarmate het rijshout schaarser wordt. Het is juist deze
overweging geweest, die de Rijkswaterstaat heeft doen besluiten, dat de Rijksregeling
voor het vervoer van griendhakkers ook zou gelden voor het vervoer van rietsnijders.
447