bijzondere aandacht te besteden aan het stortebed aan de Waddenzijde van de sluizen. Een uitvoerig meetprogramma, waarbij de uitschuringen ter plaatse van en naast dit stortebed werden bepaald, bevestigde deze voorlopige veronderstelling. Deze conclusie wordt mede bevestigd door de ervarigen o.a. bij de uitwateringssluizen in de Afsluitdijk te Kornwerderzand en Den Oever opgedaan, waar als gevolg van de uitschuring diepten tot N.A.P. - 30 m zijn gemeten. Door een verbredig van de sluizen zouden de waterstanden van de Lauwerszeeboezem kunnen worden verlaagd, omdat dan per sluisgang meer water zou worden afgevoerd. De vervallen tijdens het spuien zouden dan worden verkleind en daarmee ook de stroom- snelheden. Zo zou bij een verbreding van de sluizen met 20 procent de grootste stroom snelheid ongeveer met 0.50 m/sec. dalen. Bij een zeer grote verbreding zou dus de con structie voor de bodembekleding van het stortebed minder zwaar behoeven te worden uitgevoerd. Er is gestreefd naar een oplossing, waarbij de bouwkosten van de sluizen binnen redelijke grenzen blijven en het stortebed niettemin een voldoende zekerheid tegen uitschuring kan bieden. De uitschuring aan de zeezijde van het stortebed kon worden gereduceerd door voor deze een zekere minimum breedte aan te houden en over de gehele breedte horizontaal op dezelfde hoogte te leggen als de drempel van de sluizen. Deze nieuwe vormgeving, die ongeveer gelijktijdig werd ontwikkeld bij het waterloopkundig modelonderzoek voor de Haringvliet-sluizen en dat voor de sluizen in de Lauwerszee, vertoont een veel gun stiger stroombeeld dan dat bij de tot dusver gebruikelijke naar zee toe hellende storte- bedden. Bij de laatsten ontwikkelen zich benedenstrooms van de sluizen zogenaamde stroomwiggen ofwel stroombanden, waarbij grote verschillen in stroomsnelheden en dus heftige turbulentie kan optreden. Bij de horizontale stortebedden verenigen de water stromen uit de verschillende sluizen zich tot één min of meer uitwaaierende stroming met een veel rustiger stroombeeld. Een tweede punt, waaraan veel aandacht is besteed, is het volgende: Wanneer met het oog op onderhoudswerkzaamheden één of meer kokers buiten dienst moeten worden gesteld, is het gewenst, dat het stromingsbeeld van de spuistroom uit de overige kokers een gunstige vorm behoudt. Dit kan worden bereikt door de stroomkokers over drie groepen te verdelen. Elke groep bevat dus vier kokers van elk tien meter breedte. Wan neer nu één van de kokers is drooggelegd of op andere wijze buiten werking is gesteld, 373

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1964 | | pagina 43