BUITENHOOFD BINNENHOOFD 10
1-2. Alvorens de deuren in het buitenhoofd kun
nen worden geopend moet bij hoge buiten
waterstanden een schijf zout schutwater in
de kolk worden toegelaten
3-4. Als gevolg van de uitwisseling wordt na
het openen van de deuren van de kolk ge
heel gevuld met zout water
5-7. Na het sluiten van de buitendeuren moet
een schijf zout schutwater naar binnen wor
den afgevoerd alvorens de binnendeuren
kunnen worden geopend. Daarna volgt we-sr
het uitwisselingsproces
la—2a. Het luchtscherm heeft geen invloed op het
toelaten van een schijf zout schutwater in de
schutkolk. Als gevolg van het toepassen van
een luchtscherm bij de buitendeur tijdens de
voorgaande schutting is het zoutgehalte van
het water in de schutkolk lager dan het ge
middelde gehalte tussen het buitenwater en
het binnenwater
3a-4a. Tijdens het uitwisselingsproces dat nu volgt
bij geopende buitende-uren zal het zoutge
halte van het water in de schutkolk toe
nemen tot een iets hogere waarde dan het
gemiddelde gehalte tussen het buitenwater
en het binnenwater
5a-7a. De schijf schutwater bevat nu minder zout
dan een overeenkomstige schijf zonder toe
passing van e-en luchtscherm bij geval 5
358