Plaats waar de waterdrukken en krachten zullen worden gemeten, die op de schuiven van de uitwateringssluizen in het Haringvliet onder bedrijfsomstandig heden zullen worden uitgeoefend bij dat ten aanzien van de hoogte en het karakter van de onder zeer uitzonderlijke omstan digheden optredende golven onze kennis nog onvolledig is wegens de betrekkelijk korte periode waarover betrouwbare gegevens door meting in de natuur ter beschikking staan. De bovenbedoelde onzekerheden zijn oorzaak geweest dat men van de verschillende ont- werpmogelijkheden uit veiligheidsoverwegingen steeds de ongunstigste heeft laten gelden. Zo zijn de golfstoten, die vrij zeker slechts over een gedeelte van de schuif aangrijpen, steeds in rekening gebracht alsof zij in dezelfde mate hun uitwerking op het volle opper vlak der schuiven zullen uitoefenen. Ook ten aanzien van de verticale krachten die tijdens lozing en golfbeweging op het hef- werk uitgeoefend zullen worden is steeds een aangrijpen daarvan over de gehele breedte van de schuif aangenomen, hoewel ook dit niet waarschijnlijk is. Als derde voorbeeld kan worden vermeld dat van de verschillende, mogelijke golfvormen in het model de meest ongunstige die kon worden geproduceerd is toegepast. Door deze ongunstige waarden aan te nemen bij het bepalen van de ontwerpbelastingen zullen de sluizen wat sterkte betreft naar alle waarschijnlijkheid aan hogere eisen blijken te kunnen voldoen dan, ingeval alle belastingen exact bekend zouden zijn, strikt nodig zou zijn geweest. Zoals men begrijpen zal vormen schuiven en ligger van deze sluis, waarvan elke door- stroomopening 56,50 m breed is, tezamen een complex geheel en heeft men ingrijpende schematisaties moeten invoeren om de berekeningen van het dynamisch gedrag van het bouwwerk praktisch mogelijk te maken. Bij deze schematisaties moesten verschillende ver onderstellingen a priori worden gedaan met betrekking tot de elastische eigenschappen van het bouwwerk en de constructieve onderdelen. Uit vergelijking van de uitkomsten van verschillende berekeningsmethoden met die van metingen aan een mechanisch model is evenwel gebleken dat, niettegenstaande deze schematisatie, het elastisch gedrag van de constructie met voldoende zekerheid kon worden vastgesteld. Het golfstootverschijnsel, waarover reeds in het Driemaandelijks Bericht nr. 12 werd ge sproken, is fysisch van zeer complexe aard. Vrijwel zeker spelen hierbij de gedaante van het golfbeeld of golfspectrum en de in het water opgesloten lucht een belangrijke rol. Ongetwijfeld zullen wat dit betreft de golven in de werkelijkheid enigszins afwijken van 116

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1963 | | pagina 6