Situatie van de dijkverzwaring langs de Ternaarderpoldei torium voor Grondmechanica zijn zettingsberekeningen uigtevoerd, waaruit kan worden afgeleid dat de kruin een gemiddelde zakking zal vertonen van 60 cm. Verwacht wordt dat deze zetting zich voor een derde deel zal voordoen tijdens de uitvoering. Waarnemin gen die aan zakbakens zijn gedaan bevestigen deze voorspelling. Als aanleghoogte is daarom vastgesteld het peil van N.A.P. 5,30 0,40 5,70 m. De verhoging geschiedde aan de landzijde, hetgeen werd vergemakkelijkt door de aan wezigheid van een brede binnenberm. Het buitenbeloop krijgt een helling van 1 5, het binnenbeloop van 1 3, de kruinbreedte wordt 1,50 m. Het werk werd op 23 januari 1962 aanbesteed; het werd gegund aan de laagste inschrijver, de Aannemingsmaatschappij Dikkerboom en Sijbrandij N.V. te Oudehaske voor een be drag van ƒ994 000,-. Op 1 maari hebben de werkzaamheden een aanvang genomen. De verzwaring werd uitgevoerd met wadzand dat op een afstand van ca. 1 km uit de kust werd gezogen en rechtstreeks in het werk werd gespoten. Van tevoren waren de teelaarde en de klei van het binnenbeloop ontgraven en in een perskade verwerkt. Het spuitwater werd rechtstreeks teruggepompt in zee. Het buitenbeloop krijgt een klei-afdekking van 80 cm, het binnenbeloop een afdekking van 60 cm. De teen van de dijk wordt gedraineerd met geperforeerde plastic buis met glaswol- omhulling. De lengte van het werk bedraagt 3,5 km. Doorsnede van de dijkverzwaring 138

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1963 | | pagina 28