De aanleg van de havens ten zuiden van de uitwateringssluis in het Haringvliet In het Driemaandelijks Bericht no. 9 is een beschrijving gegeven van de aansluiting van de Haringvlietwerken aan het eiland Goeree. Hierbij werd ook aangeduid hoe het gebruik van de voorhavens van de schutsluis met de aanliggende terreinen in de vol tooide toestand is gedacht. De aandacht werd erop gevestigd dat de Haringvlietdam de havens van Stellendam en Goedereede van de zee zal afsluiten en dat ter vervanging ervan gedeelten van de beide voorhavens zullen kunnen worden gebruikt. Op deze wijze zal de in Stellendam en Goedereede gevestigde visserij in stand kunnen worden gehouden, terwijl in deze havens ook voor de vloot van Ouddorp, waarvan de haven door de afsluiting van het Brouwershavensche Gat in een later stadium van de zee zal worden afgesloten, een plaats gereserveerd is. Zoals vanzelf spreekt zal ook de normale binnenscheepvaart voor het vervoer van landbouwproducten, bouwmaterialen en zo meer van de nieuw te maken binnen haven als laad- en losplaats gebruik kunnen maken. Hoewel kan worden gezegd dat de verplaatsing naar de nieuwe havens met enig on gerief voor de gebruikers gepaard zal gaan en dat er enige onzekerheid bestaat ten aanzien van de garnalenstand in de toekomst, is het anderzijds voor de visserij ter plaatse als een uitkomst te beschouwen dat thans de Deltawerken in uitvoering zijn. Er is immers reeds tientallen jaren in de mond van het Haringvliet een ontwikkeling gaande van steeds verdergaande verzanding van het Zuiderdiep. Situatie van de werken zuidwestelijk van de grote bouwput VISSERSHAVEN GOEDEREEDE BOUWPUT^=^=^==^=^- uitwateringssluizen^!^. BOUWPUT •SCHUTSLUIS BINNENHAVEN; H_ARI NGVLIEj' PLAAT V7 VAN .SCHEELHOEK ZUIDERDIEP 12 BOUWPUT SCHUTSLUI 100.00 '5 TORTS TE EN' OPSLAG •Ijlt* LOSWAL Het gedeelte van de binnenhaven dat in uitvoering is De uiteindelijke toestand BOUWPUT SCHUTSLUIS BOUW HAVEN SCHUTSLUIS TE MAKEN GEDEELTE BINNENHAVEN Enige cijfers mogen dit verduidelijkenzo was in de nabijheid van de Stellendamse haven in 1924 nog een geringste diepte van N.A.P. 8,5 m beschikbaar. In 1941 was de diepte daar teruggelopen tot N.A.P. 5,0 m en in 1957 was nog slechts 2,30 m beschikbaar. Daarna is de diepte ter plaatse nog afgenomen. Als bijzonderheid kan worden vermeld dat door het opspuiten van het terrein langs de zuidkant van de toekomstige voorhaven bij de in aanbouw zijnde schutsluis een hoe veelheid slib in dit gedeelte van het Zuiderdiep is afgezet. Dit was niet te voorkomen, omdat zowel bij het zuigen als bij het opspuiten van het beschikbare sterk slibhoudende DOORSNEDE A-A Doorsneden ter plaatse van de kade en van de loswal 13

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1961 | | pagina 8