Het gemaal in de Onrustpolder Van de acht afsluitbare duikers zijn er zeven praktisch gereed. Het graven en verruimen van watergangen ondervond aanvankelijk nog veel ver traging door de aanhoudende regenval. Verwacht mag echter worden dat de onder delen van dit werk waarmee het meeste haast is, namelijk de verbinding van de ge malen met het bestaande net van watergangen, spoedig gereed zal komen. De afwatering van Zuid-Beveland In de gemalen van de Wilhelminapolder en de Oosterlandpolder zijn de pompen geplaatst. De montage van de motoren en de aansluiting daarvan op het elektriciteits net vindt voortgang: Het gemaal in de Oosterlandpolder is verbonden met de hoofd watergang van deze polder. De vissershaven te Colijnsplaat Ten behoeve van de vissers uit Arnemuiden, Veere en Tholen de Veerse vissers die als gevolg van de afsluiting van het Veersche Gat hun visgronden niet meer vanuit de thuishaven Veere kunnen bereiken, is het Rijk er toe overgegaan een nieuwe vissershaven nabij Colijnsplaat op Noord-Beveland te doen aanleggen. Met de aanleg van de vissershaven werd op 30 juni 1960 begonnen. Iets meer dan zeven maanden later, nl. op 16 februari 1961, werd het werk voor de eerste maal voltooid opgeleverd, zodat ongeveer twee maanden vóór de afsluiting van het Veersche Gat een nieuwe haven voor de Veerse vissers gereed lag. In het Driemaandelijks Bericht nr. 12 is van het werk een beschrijving gegeven. De ruime, van stevige aanlegsteigers voorziene haven is ook bij laagwater voor de vissers schepen toegankelijk. Tegen golfaanvallen bij noordelijke tot noordwestelijke winden biedt de ongeveer westoost gerichte havendam bescherming. Tegen de door oostelijke tot noordoostelijke wind opgewekte golven was ten tijde van het verschijnen van eerder genoemde beschrijving nog geen voorziening getroffen. Wel was destijds gerekend op een eventuele latere aanleg van een tweede, noordzuid gerichte, haven- dam aan de oostzijde van het bassin en was daarvoor zelfs een ontwerp gemaakt. Aangezien op dat tijdstip omtrent de omvang van de golfbeweging die bij de weinig voorkomende oostelijke winden optreedt, geen gegevens ter beschikking stonden en het ook niet zeker was of een modelonderzoek hier voldoende uitsluitsel zou geven, werd besloten niet eerder over te gaan tot de bouw van de tweede havendam dan nadat de noodzaak daartoe door de omstandigheden zou zijn aangetoond. Gedurende het afgelopen winterseizoen heeft de wind enkele malen uit oostelijke richtingen gewaaid. Bij die gelegenheden werden golfmetingen verricht die hebben uitgewezen dat de in het havenbassin opgewekte golving voor de vissersschepen bezwaar zou kunnen opleveren. Een en ander werd bevestigd door de gedragingen van werkscheepjes die tijdens deze windperiode in de haven aanwezig waren. Op grond van de waarnemingen werd derhalve ook tot de aanleg van de tweede, oostelijke havendam besloten. Met het maken van de dam is in de tweede helft van februari 1961 een aanvang gemaakt; de werkzaamheden zijn begin april gereed gekomen. De aankomst van de Veerse vissers in de nieuwe thuishaven Colijnsplaat 38 Foto Dick Faber

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1961 | | pagina 21