Ervaringen met het aanbrengen van verschillende soorten bodembescherming Zij is er van uitgegaan, dat de beveiliging van de Hollandse laagvlakte moet worden gebaseerd op het optreden van een stormvloed, die slechts een kans heeft van één tienduizendste (1/10 000) per jaar, wat voor Hoek van Holland neerkomt op een maatgevende waterstand van ongeveer vijf meter boven N.A.P. Voor een groot aantal stations zijn de peilen die eenzelfde overschrijdingskans bezitten als het peil van N.A.P. 5 m te Hoek van Holland, de z.g. basispeilen, door de commissie vastgesteld. Rekening houdend met de toelaatbaarheid van een wat grotere overstromingskans voor de kustgebieden in het zuidwesten en noorden van het land, waar de hoofd waterkeringen minder grote belangen moeten beschermen, komt zij tot de opstelling van een lijst van ontwerppeilen, die ten grondslag moeten worden gelegd aan de ver- beteringswerken. Enige gegevens uit deze lijst zijn hieronder vermeld: Plaats Ontwerppeil in m N.A.P. Hoogste waar genomen waterstand in m N.A.P. Breskens 5,60 Terneuzen 5,65 Bath 6,35 Hansweert 5,90 Vlissingen 5,40 Westkapelle 5,25 Dam Veersche Gat 5,55 Dam Oosterschelde, Bevelandse kant 5,45 Dam Oosterschelde, Schouwense kant 5,30 Kop Schouwen 5,05 Dam Brouwersh. Gat, Schouwense kant 5,35 Dam Brouwersh. Gat, Goereese kant 5,15 Kop Goeree 5,05 Dam Haringvliet, Goereese kant 5,30 Dam Haringvliet, Voornse kant 5,30 Kop Voorne 5,05 Dam Brielsche Maas 5,00 Hoek van Holland 5,00 Scheveningen 5,40 Katwijk 5,40 lJmuiden 5,15 Den Helder 5,05 Den Oever (Wieringen) 5,30 Kornwerderzand 5,15 Harlingen 5,35 Oostmahorn 5,45 Zoutkamp 5,90 Delfzijl 6,20 Texel 4,90 Vlieland 4,70 Terschelling 4,80 Ameland 5,10 Schiermonnikoog 5,15 4,80 4,96 5,40 5,07 4,55 4,35 4,20 4,10 4,18 4,00 4,05 4,10 3,95 3,85 3,97 4,05 3.85 3,25 3,70 3.86 3,69 4,20 4,45 4,60 3,32 3,16 3,18 3,56 4,00 Langs de Waddenzee 15 cm lager 4 Bij de uitvoering van het Deltaplan moeten op grote schaal voorzieningen worden getroffen om uitschuring van de bodem en aantasting van de oevers door stromend water en golfslag te voorkomen. Van oudsher wordt hiervoor gebruik gemaakt van zink-en kraagstukken van rijshout en riet, verzwaard met steen. Gedurende de laatste jaren varieerde de productie van rijswerk van 400 000 m tot 600 000 m2 per jaar, waarvan minder dan 200 000 m2 werd verwerkt langs de kust. Toen in 1957 voor het maken van de ringdijk voor de bouwput in het Haringvliet ruim 180 000 m2 werd verwerkt, gaf dit aanleiding tot grote spanning op de arbeids markt, daar het vervaardigen van rijshouten zinkstukken zeer arbeidsintensief is. In verband met de grote oppervlakten die bij de Deltawerken beschermd moeten worden dient men zich tijdig de zekerheid te verschaffen dat het inderdaad mogelijk is de vereiste bodembeschermingen aan te brengen, daar de voortgang van het werk in belangrijke mate hiervan zal afhangen. In deze Berichten is al vele malen melding gemaakt van proefnemingen die beoogden de constructies van rijshout op daarvoor geschikte plaatsen te vervangen door andere materialen. In sommige gevallen kon op grond van deze proefnemingen reeds met succes een bodembescherming worden aangebracht, waarbij van andere materialen en werkwijzen werd gebruik gemaakt dan bij de traditionele rijshoutconstructies worden toegepast. Daarnaast is het evenzeer van belang zich te bezinnen op maat regelen om de productie van de rijshoutconstructies zelf te vergroten. Daar het de laatste jaren niet mogelijk is gebleken het aantal arbeiders in deze be drijfstak in belangrijke mate uit te breiden, dient vooral gezocht te worden naar me thoden om het samenstellen van de zinkstukken te mechaniseren en om het verwerken van de stukken met minder arbeiders te doen plaats vinden. Zinkstukken bestaan uit een boven- en onderroosterwerk, waartussen lagen rijshout en riet worden gevlijd. Ze worden in het kustgebied gemaakt op een terrein, de zate, dat bij laag water lang genoeg droogvalt om het stuk samen te stellen en bij hoog water voldoende ver onder water ligt om het zinkstuk drijvend af te voeren. Men over weegt thans een drijvende zate te maken, zodat men voor het maken van het stuk onafhankelijk wordt van het getij. Het roosterwerk wordt vervaardigd van wiepen, lange worsten van rijshout dat met zeer dunne rijshouttwijgen bij elkaar wordt gebonden. Het is mogelijk gebleken de productie van wiepen op te voeren met behulp van een wiepenspinmachine. Deze machine vertoont veel overeenkomst met de machine voor de vervaardiging van rietwiepen, waarvan een beschrijving voorkomt in het Driemaandelijks Bericht nr 6. 5

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1961 | | pagina 4