i i bS ism«
i pÜÉMi 0 iÉÉiiÊf
Ishouten&II Él schuiven!
I Upu ntdeür i ft voor mm
De sluis krijgt twee overbruggingen. De hoofdweg, die deel uitmaakt van de z.g.
Dammenweg, zal over het buitenhoofd worden geleid. De overbrugging zal bestaan
uit twee naast elkaar gelegen dubbele basculebruggen. De onderkant van de over
brugging komt op N.A.P. -f- 15 m te liggen, waardoor bij het schutten van vissers
schepen en jachten het openen van de brug tot enkele gevallen beperkt zal kunnen
blijven.
In de weg voor het langzame verkeer is aan de oostzijde van de sluis bij het binnen-
hoofd een ophaalbrug ontworpen. Teneinde de helling van deze weg in de oprit naar
de uitwateringssluis ten gerieve van de fietsers te kunnen onderbreken en te beperken
is de hoogte van de ophaalbrug vastgesteld op N.A.P. 8 m.
De constructie van de schutsluis
De schutsluis zal worden uitgevoerd als een bak waarvan de waterdichte bodem en
wanden tezamen één geheel vormen. Bodem zowel als wanden zullen uit gewapend
beton bestaan. De waterdichte uitvoering maakt het onmogelijk dat een verbinding
tot stand komt tussen het grondwater en het water in de sluiskolk. Mede door het
aanbrengen van damwandschermen kunnen op deze wijze de onderloopsheid en
achterloopsheid van de sluis en daarmee de kwel van het grondwater afdoende wor
den tegengegaan.
De ondergrond ter plaatse van de schutsluis bestaat tot een diepte van N.A.P. 19 m
uit weinig draagkrachtige lagen van zand en slib. Beneden dit peil is de bodem tot
grote diepte opgebouwd uit vaste zandlagen. Om verzakkingen te voorkomen zal de
sluis op de diepe, draagkrachtige lagen worden gefundeerd. Omdat de onderzijde
van de sluisvloer 7 a 7,5 m beneden N.A.P. komt te liggen, zullen daartoe funderings
palen moeten worden gebruikt van ongeveer 13 m lengte.
Doorsnede over de vleugel muren en aanzicht van het buitenhoofd met de basculebruggen
1 Iê ^4^
DOORSNEDE X
22
Na het gereedkomen van de sluis zal het terrein, dat op ongeveer N.A.P. lag voordat
de bouwput werd gegraven, worden opgehoogd tot N.A.P. +4m en plaatselijk
tot N.A.P. 6,50 m. Als gevolg daarvan kunnen zettingen van de slappe lagen
worden verwacht en zullen naar beneden gerichte wrijvingskrachten op de constructie
worden uitgeoefend die extra paalbelastingen veroorzaken. Ook zullen als gevolg
van de zettingen horizontale gronddrukken op de palen voorkomen.
Het breken van de palen als gevolg van deze horizontale krachten kan worden voor
komen door steeds vier of vijf palen als een wand naast elkaar te plaatsen.
Zoals gezegd zal de sluis worden uitgerust met een buitenhoofd, een tussenhoofden een
binnenhoofd. Elk van deze drie hoofden zal worden voorzien van houten puntdeuren.
Aangezien puntdeuren slechts aan één kant waterdruk kunnen weerstaan en de water
stand op zee zowel hoger als lager zal kunnen zijn dan op de rivier, moeten in elk
sluishoofd een dubbel stel van deze deuren worden aangebracht.
In vergelijking met andere sluisdeurtypen vormen puntdeuren financieel de meest
aantrekkelijke oplossing. Ten opzichte van stalen puntdeuren hebben houten het
voordeel dat de aanschaffings- zowel als de onderhoudskosten lager zijn. Het tropisch
hardhout dat voor de deuren zal worden gebruikt is paalwormbestendig. Elk van de
puntdeuren weegt ongeveer 40 ton.
De sluisdeuren zullen worden bewogen door hydraulische duwpersen die, ook wanneer
de duwperskelders onder water zouden komen te staan, blijven functioneren. Het
elektrisch gedeelte van de bewegingswerktuigen van deuren en schuiven wordt, ter
voorkoming van beschadigingen bij hoge waterstanden, in waterdichte kasten op
gesteld.
De sluishoofden zullen worden gefundeerd op schoorpalen die worden geheid onder
een helling van 3:1. Op deze wijze is het mogelijk de horizontale waterdrukken
tegen de deuren via de paalfundering naar de draagkrachtige ondergrond over te
brengen.
Dwarsdoorsnede van de sluiskolk en aanzicht van de ophaalbrug
VIADUCT
DOORSNEDE H
23