De dijken langs het Spui In 1955 werd de waterkering in de kom van de gemeente Nieuw-Beyerland verbeterd door het vernieuwen en op hoogte brengen van keermuurtjes en aanvulling van het buitenbeloop. In 1957 werd een gedeelte dijk ten westen van Nieuw-Beyerland over een lengte van 1800 m aan de buitenzijde verzwaard. De bestaande dijk werd deels ontgraven, waarna zand in den natte werd aangebracht. De uit de ontgraving verkregen klei werd als bekledingsgrond verwerkt evenals de klei uit een voormalige hoofdwaterkering die werd afgegraven. In het voorjaar 1958 werd voortgegaan met de verzwaring van de Spuidijk en wel het gedeelte ten oosten van de kom van Nieuw-Beyerland tot de suikerfabriek te Oud-Beyerland (lengte 5400 m). Het binnenbeloop van de bestaande dijk met een helling van 1 lf werd gebracht op 1 2\. De verzwaring van de dijk geschiedde hier aan de buitenzijde. In totaal werd voor de verzwaring van de Spuidijk 108 000 m3 zand gespoten en 115 000 m3 klei verwerkt. Het provinciaal rijwielpad dat op de kruin van de waterkering lag werd op de ver zwaarde dijk niet weer aangebracht. Waar op de kruin een polderweg lag, is deze naar de binnenberm verlegd. Ongeveer 1500 m ten westen van de suikerfabriek bij Oud-Beyerland bevindt zich in de dijk de uitwateringssluis van een gemaal. Na ontgraving van de sluis bleek het niet verantwoord op de sluis het nieuwe zwaardere dijklichaam aan te brengen. Er werd dan ook overgegaan tot het maken van een nieuwe koker in de bestaande sluis met handhaving van schermwanden en vleugel muren. De dijken langs de oude Maas Tussen Oud-Beyerland en Goidschalxoord werd de dijk over een lengte van 1800 m aan de binnenzijde verzwaard. De waterkering liep verder voor een deel door de bebouwde kommen van Heinenoord en Goidschalxoord. Daar het te veel kosten zou meebrengen deze waterkering te verhogen werd besloten rivierwaarts een nieuwe dijk aan te leggen. Men heeft hiertoe ter plaatse van de zomerkade van de buitenpolders een nieuw dijk lichaam gelegd over een lengte van 1500 m. Hierbij werden de havens van Heinen oord en Goidschalxoord afgesloten en werd in de afsluitdam een duikersluis gebouwd. Langs het buitendijks blijvende deel van de haven van Heinenoord werd een loswal gemaakt. In totaal werd bij de werkzaamheden aan deze dijken 308 000 m3 zand verwerkt. De dijk tussen Heinenoord en de suikerfabriek te Puttershoek, met een lengte van 7000 m, was tengevolge van de stormvloed van december 1954 aan het buiten beloop op diverse plaatsen opnieuw zwaar beschadigd. De schade werd in de winter 1954/1955 provisorisch hersteld, daar in het voorjaar van 1955 met de dijkverzwaring een aanvang zou worden gemaakt. De verzwaring geschiedde buitendijks over een lengte van 1500 m, binnendijks over 4200 m en voor de rest zowel binnen- als buitendijks. De bestaande dijk (kleidijk) werd al naar gelang waar de ver zwaring werd aangebracht binnendijks of buitendijks ontgraven. Na het spuiten 34 van zand langs het ontgraven dijklichaam werd de ontgraven klei weder als bekledings grond aangebracht. In totaal werd hier 335 000 m3 zand verwerkt. De kruin werd gebracht op een blijvende hoogte van N.A.P. 4,35 m, behalve ten westen van de Barendrechtse brug waar zij, in verband met de toegangsdam naar deze brug, werd verhoogd tot N.A.P. 4,80 m. Hetzelfde geschiedde met het gedeelte van de dijk 1300 m ten oosten van de brug, waar de dijk in noord-oostelijke richting afbuigt. Nabij de Barendrechtse brug en aan laatstgenoemd dijkgedeelte verkreeg het buiten beloop een helling van 1 4. Waar de dijk aan de binnenzijde werd verzwaard moest de binnenbermsloot worden omgelegd. Over de nieuw gegraven sloot werden ten behoeve van uitwegen van de landbouwers nieuwe betonbrugjes gemaakt. PROFIEL A ■ioo PROFIEL B PROFIEL C ONTGRAVING ZANDAANVULLING HDHIIIID KLEIBEKLEDING Dwarsprofielen van de dijkverbeteringen op de in de situatietekening aangegeven plaatsen t 35

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1960 | | pagina 19