Van de 35 spanningsbronnen voor de tweede fase op N.A.P. 10 m zijn 29 stuks gereed en in bedrijf. Het blijkt, dat met de bronnen van de eerste en tweede fase een ruim voldoende verlaging van het grondwaterpeil kan worden bereikt, zodat ter besparing aan energiekosten een gedeelte van de bronnen van de eerste fase is stopgezet; totaal zijn thans 60 spanningsbronnen in bedrijf. In verband met een verandering aan de vormgeving van de vloerdrempel aan de zeezijde, waardoor tot grotere diepte ontgraven moet worden en ter bevorde ring van een goede verticale ontwatering van het bovengrondpakket tussen de koffer dam wanden, zullen de vacuumbronnen aan de lange zijden van de bouwput worden vervangen door een zevental, dicht bij de vloer geplaatste, spannings bronnen. Op de hoofdafvoerleidingen van de bemaling zijn thans meetflenzen aange bracht, teneinde van iedere onderwaterpomp de opbrengst te kunnen meten. De opbrengst van de onderwaterpompen kan nl. sterk teruglopen door afzetting van ijzerzouten enz. bij de inlaat en/of afvoerzijde van de pomp, waardoor deze verstopt raakt. Voorts blijkt, dat in verschillende bronnen de 4" geasfalteerde stalen afvoerlei- dingen, met een wanddikte van 4 mm, binnen één jaar plaatselijk zijn verteerd door agressieve zouten in het water. De corrosieverschijnselen zijn het grootst bij de spanningsbronnen, waar gas uit het water vrijkomt. Bij een chemisch onderzoek van het bronwater is gebleken, dat het water sterk ijzer- en mangaanhoudend is en een hoog gehalte aan chloride, ammoniak, sulfaten, bicarbonaten en organische stoffen bevat. Grondwerk Het op de hoogte en onder profiel brengen van het horizontale gedeelte onder de sluisvloer op N.A.P. 6,40 m is voltooid. Met het ontgraven van de hellende gedeelten onder de sluisvloer aan de rivierzijde van 6,40 m naar 8,96 m beneden N.A.P. en aan de zeezijde van 6,40 naar 13,40 m beneden N.A.P. is men tot op 2/3 van de totale lengte gevorderd. Nabij het noordelijke en zuidelijke landhoofd zijn de ontgravingen gevorderd tot op N.A.P. 17 m. In totaal werd 587 000 m3 grond ontgraven en in depót gebracht, waarvan tussen 1 april en 30 juni 1959 239 000 m3. Hiervoor wer den gebruikt: 6 draglines, 4 bulldozers en 20 vrachtauto's. Een aanvang werd gemaakt met het ontgraven van de kofferdam aan de rivier zijde tot op N.A.P. 18 m. Heiwerk stalen damwanden Voor het heien van de stalen damwanden wordt gebruik gemaakt van 5 heistel lingen en een stoomkraan. De te verwerken damwand, type Belval, profielen BZIIN, BZIIIN, BZIR en BZIVR, varieert in lengte van 3 tot 21,25 m. Totaal moet er 24 000 ton worden verwerkt, tot nu toe is 8000 ton aangebracht. Ten behoeve van de bronbemaling zijn aan de noord- en zuidzijde van de bouw put twee tijdelijke damwanden geslagen, die reiken van N.A.P. tot N.A.P. 12 m en van 10 m tot 22 m beneden N.A.P. Met het heien van de kofferdammen ter weerszijden van de sluisvloer is men begonnen vanaf het zuidelijke landhoofd; gaande in noordelijke richting is men gevorderd tot op 1/3 van de totale lengte. Het heien van de schermwanden langs vloeren en pijlers is aangevangen in januari 1959 en gevorderd tot op ruim de helft van het totaal. Onder de zuidoostelijke vleugel is men nu ook begonnen met het heien van de kofferdammen. Heiwerk paalfunderingen 22 000 betonpalen, variërend in lengte van 8,30 m tot 24 m, zullen moeten worden ingeheid. Het grootste gedeelte heeft een doorsnede van 0,40 X 0,40 m, terwijl een klein aantal palen 0,45 X 0,45 m wordt. In februari 1959 werd een aanvang gemaakt met het heien van 49 proefpalen in pijler 9. Voor en na het heien werden verschillende diepsonderingen gedaan, teneinde de verdichting van de grond te bepalen bij het heien van een bundel palen. Op dit onderzoek zal in één der volgende nummers nog nader worden ingegaan. In maart 1959 werd definitief begonnen met heien vanaf het zuidelijke landhoofd in noordelijke richting. Er wordt gewerkt met zeven heistellingen, waarvan er nu twee werken ter plaatse van het landhoofd, terwijl vijf andere het heiwerk verrichten onder vloeren en pijlers. De laatstgenoemde vijf stellingen vormen één geheel in het heischema. Deze zijn nl. zó opgesteld dat zij, elkaar overlappend, de gehele breedte van de vloer bestrijken. Het heiwerk van vloer 17 is voltooid; nu wordt geheid in de vloeren 16, 15 en 14 en in de pijlers 16, 15 en 14. Tot nu toe zijn 2205 palen geslagen, dit is 30 971,90 m1. II. De bouwput van de schutsluis Het werk, dat is beschreven in nr. 7 blz. 34 e.v. van het Driemaandelijks Bericht Deltawerken, is op 31 maart 1959 openbaar aanbesteed en op 20 april 1959 gegund aan de laagste inschrijfster, het Hollandsch Aannemingsbedrijf Zanen Verstoep N.V. te Den Haag, voor de som van f 2 403 000,De onderaannemers zijn de N.V. Aannemers- en wegenbouwmij. v/h Fa. I. Heijmans en de N.V. T. P. de Klerk, respectievelijk voor het asfalt- en zinkwerk. Met de bouw van de ringdijk is op twee punten, te weten bij de koppen van de reeds op de Plaat van Scheelhoek aanwezige kribben, begonnen. Van de oostelijke krib uit wordt langs het Noord Pampus het noordoostelijke deel van de ringdijk uitgebouwd en vanuit de kop van de westelijke krib het noordwestelijke gedeelte. Tegelijkertijd is begonnen met het baggeren van de bouwhaven. In eerste instantie is voor de zandwinning op korte afstand van het werk de winzuiger „Ammerstol" in bedrijf gesteld. Met twee perszuigers en een aantal bakken werd het zand in het dijklichaam gebracht. Verder is voor de zand winning op 26 mei een tweede zuiger, de „Gaasterland", te werk gesteld. 43

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1959 | | pagina 22