Afwerken en bekleden van het binnenbeloop
Foto's John Merk
dan zonder verdere bescherming vrij veel golfslag verdragen. Het water kon
uit het achter de kade opgespoten zandlichaam draineren zodat, wanneer geruime
tijd later het talud werd afgewerkt, de asfaltbekleding direct kon worden aan
gebracht.
De vrachtauto's, die de mijnsteen aanvoerden konden over de kade rijden, zolang
de kruin meer dan 20 cm boven het waterniveau van het aangrenzende zandstort
lag.
Voor de volgende delen van de dam zal de kruin van de kade 50 cm hoger
worden gelegd in verband met de sterkere golfaanval.
Het mijnsteenbedrijf
De mijnsteen werd met binnenvaartschepen van 5001350 ton aangevoerd van
de Staatsmijnen in Limburg. Het grootste deel werd in de werkhaven bij Veere
met een drijvende kraan overgeslagen in elevatorbakken. Vervolgens sloeg een
tweede drijvende kraan de mijnsteen uit de bakken over in het werk en in een
ter plaatse gevormd depot. Vanuit dit depot werd de mijnsteen met behulp van
een dragline op kipauto's geladen en uitgereden in de hoger op de zandplaat
gelegen delen van de perskade. De eerstgenoemde drijvende kraan bereikte met
een grijper van 1,5 m3 een overslagcapaciteit van circa 100 ton/uur; het opruimen
van de laatste resten uit het binnenschip vergde veel tijd. De tweede drijvende
kraan met een grijper van 2,5 m3 bereikte de zoveel grotere overslagcapaciteit
van 230 ton/uur, mede omdat de elevatorbakken niet schoongemaakt behoefden
te worden. Deze kraan kon echter gedurende de uren rondom LW niet werken
in verband met de geringe waterdiepte ter plaatse.
Kleine hoeveelheden mijnsteen zijn ook verwerkt met onderlossers, terwijl nader
hand nog mijnsteen voor bekledingen en voor plaatselijke aanvullingen van de
kaden is aangevoerd over de boven beschreven loswal.
Het zandbedrijf
De havenkom werd gezogen met de cutterzuiger HAM 203 die het zand met
een drijvende leiding rechtstreeks in het damlichaam perste.
M!et de winzuigers Sliedrecht XII en Beverwijk 33 werd de bodem in de omgeving
\an het toekomstige sluitgat reeds ruw geprofileerd, daarmee vooruitlopend
op het werk van volgende jaren. Het zand werd met elevatorbakken naar de
perszuiger Sliedrecht XIV vervoerd. Hierbij waren 5 bakken van 600 a 660 m3
en 3 sleepboten in bedrijf.
Het zand werd opgespoten in lagen, waarvoor telkenmale nieuwe perskaden
werden opgezet uit de laatst opgespoten zandlaag.
De zeer ruwe, trapsgewijze ontstane belopen werden later geprofileerd met bull
dozers en draglines, waarbij tevens de bovenste zandkap op de dijk werd aan
gebracht. In totaal waren bij dit afwerken in bedrijf 5 draglines en 4 bulldozers.
De grootste van de gebruikte draglines was een „Lima" met een gieklengte van
28 m en een emmerinhoud van 3 m3.
43