Schematische voorstelling van de werking van radar
een meetradar moet dus gezocht worden naar een installatie met een zo smal
mogelijke bundel en een zo kort mogelijke tijdsduur van de stootjes.
Deze eisen zijn technisch beter te realiseren naarmate de golflengte korter wordt.
Een radarinstallatie met een golflengte van 8 mm zal dus beter aan deze eisen
kunnen worden aangepast dan een 3 cm radar.
Een nadeel van de 8 mm radar is echter dat, daar de absorptie van de uitge
zonden golven door de atmosfeer sterk toeneemt met het afnemen van de golf
lengte, het maximale bereik van de 8 mm radar aanzienlijk kleiner is dan van de
3 cm radarapparaten. Dit bezwaar geldt echter voornamelijk bij het gebruik ten
behoeve van de navigatie. De grote gevoeligheid van de 8 mm radar voor ab
sorptie door de atmosfeer blijkt duidelijk bij zware regenbuien.
Op het weergegeven radarbeeld van Hoek van Holland is een zware regenbui
zichtbaar. Deze bui zou op een 3 cm radar nauwelijks zichtbaar zijn geweest.
De meeste in de handel verkrijgbare radarapparaturen hebben een golflengte van
3 cm, die voor de navigatie zeer goed voldoet. De scheepvaart stelt niet zulke hoge
12
eisen aan de nauwkeurigheid, doch heeft meer belang bij het behalen van grote
bereiken. Er is echter voor speciale doeleinden, zoals b.v. voor het commanderen
van vliegtuigen op startbanen en het afmeren van grote schepen, een 8 mm
radarapparatuur ontwikkeld, die op niet te grote bereiken bijzonder nauwkeurig is.
Grote bereiken zijn ook bij het verrichten van waterloopkundige metingen niet
van belang, daar dan de details van het beeld te klein en de mogelijke
meetfouten te groot worden. Een praktische grens blijkt aan de hand van proef
nemingen te liggen bij een afbeeldingsschaal van 1 30 000, zodat op een scherm
van 30 cm diameter een gebied met een straal van 4,5 km kan worden overzien.
Het radarscherm
De radarzender en -antennes
