een flesje water mee te nemen dat ik dan later ergens in huis of op het aanrecht terugvind. Het hek gaat open met hetzelfde knerpende geluid als de laat ste keer. De tuin echter is veranderd, wild overwoekerd, angst aanjagend bijna. Met de sleutel, die ik pas sinds mijn achttiende bezit, dat was de regel in dit huis, vanaf dan ben je groot, verantwoordelijk, open ik de deur. In de hal nog steeds de lucht van sterven. Een koffer, het paaskleed de glazen kom van Viske. De dood is er traag, groen en mossig binnengedrongen, zijn schubben heb ben alle glans verloren. CM O O) O 0* 0* de oude nacht valt als een mes mijn lichaam draagt de schade ik sluip al jaren straffeloos door dit lijf zoek een uitweg zoals onkruid in bestrating hoe lang blijf ik immuun voor dagen versleten als het kraakbeen van handen gedwongen in mijn schoot Vb te oud om de liefde te betreuren speel ik enkel nog in blessuretijd

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2018 | | pagina 52