gemeente, had voor hem een goed woordje gedaan bij de plantsoenendienst. Hij kreeg een betrekking als grafdelver aan geboden en hij realiseerde zich op dat moment, dat zijn droom nooit meer zou uitkomen. Vlak voor de kantine werd hij door de personeelschef op zijn schouder getikt en deze vroeg hem of hij even mee wilde lopen. Hij kreeg te horen dat er grote technologische veranderingen in de uitvaartbranche op komst waren. Zijn werk zou in toe nemende mate overgenomen worden door geavanceerde graaf machines. Ook zou hij niet langer de functie van gastheer bij begrafenissen bekleden. Deze rol zou overgenomen worden door jongeren, toegerust met een klantgericht en representatie profiel, werd hem te verstaan gegeven. Zijn werkzaamheden zouden in zijn laatste dienstjaar nog slechts bestaan uit het handmatig delven en dichtgooien van graven. Wel kreeg hij de verzekering, dat er bij dit zware werk rekening gehouden zou worden met zijn gevorderde leeftijd. Verdoofd liep hij naar buiten. Het gastheerschap bij de uitvaar ten was de zingeving van zijn bestaan geweest. Hij voelde zich dan altijd een maatschappelijk werker, die naar de verhalen luisterde van de mensen, die op de begraafplaats kwamen. En regelmatig kon hij hun troost bieden, een luisterend oor was vaak al genoeg. De voorman van de buitendienst sprak hem aan en verteld dat er vandaag een beroemde schrijver zou worden begraven. Na het noemen van zijn naam verzuchtte hij, dat het wel eens een drukke dag zou kunnen worden. En of hij dan maar wilde beginnen met het graven van de kuil, luidde zijn verzoek. Hij zou bij het dichtgooien van de kuil hulp krijgen van een graafmachine, die echter niet direct beschikbaar zou zijn van wege de grote drukte, aldus de voorman. Er sing een schok door hem heen. De overleden schrijver was altijd zijn grote voorbeeld geweest. Hij had zijn surrealistische boeken verslonden en hij kon de verhalenbundel Bevroren Vuur werk wel dromen. De verhalen van zijn held waren realistisch geschreven, maar toch klopte er een aantal dingen niet, wat hem zo aansprak.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2017 | | pagina 29