cc
O
O
KJ
O
O
DC
LU
Q>
Ik heb de veerpont op de Schelde gekend
met achter glas slappe kroketten en saucijzen
en een oom die jou glimlachend nooit korting
gaf op koffie en gevulde koeken.
Er is een zomerse foto, mijn eerste keer aan de reling
van de Prinses Juliana, jij zag de grote stern, ik alleen
meeuwen. De geur van wegtrekkende
regen en ondoorgrondelijk diep onder onze voeten.
Waar het water eindigt in weg, bij Perkpolder
stond je vader. Autosleutels in zijn hand, zijn hoofd
verlegen afgewend. De veerpont verdween
naar Messina en ook hij wacht niet meer.